1407-09-28 |

G.A. Haarlem Inv I no 2069 Lade Y/Arch St Nicolaas of Comansgilde Haarlem
Haarlem Algemeen

notaris Ghyselbertus Soyersz, openbaer notaris van des Keysers macht, instrumenteert dat heer Hughe Gherijtsz, priester en cureyt van Outdorp, en procurator des proesdie van Westfriesland, ter eere Gods, Maria, bisschop Nicolaes, voor de ziel van zijn ouders, broeders, zusters, vrienden, van hen zelf ende des broederscips van St Nycolaes in die parochiekerc te Haerlem, een eeuwige capelrie gesticht heeft op St Nicolaesaltaer an de noordzyde van de voors. parochiekerk, en daartoe gegeven heeft: 1) een stuk weideland geheten die grote Weyde, gelegen in de parochie van Outdorp retro mansionem Nannonis Johannis, belend: Rembrandi filii Heylmanni et Wynnois filii Yvonis en door terras Theoderici Rughe, 2) een weiland geheten ene grote coeweyde in dezelfde parochie, belend oost: Wybrandus f. Padonis et Wino Yvonis, west: Reynerva (?) relicta Gheyonis et Laurentius Renardi, et ad terras brebende sacerdotalis dicte ecclesie de Outdorp se extendentem, 3) ½ mensura terre dictam ½ coeweyde, 4 mensuras dictas 4 snesen continentem, belend oost en west: Heynricus Neve et ejus socius necnon Aleyd filia Ysbrandi in parte meridionali, adjacentem ad fossatum seu fossam dictam die Molensloet, 4) 55 roeden lands vel zadelands aldaar ad quas dam terras seu semitam dictam dat gancpat confrontatam et inter terras oost: Theoderici filii Nannonis, west: Yvonis Outgheri, zuid: Wivene relicte Martini, 5) ½ g. Eng nobel sjaers op 6 roeden land geheten 6 maden land in de parochie van Nukerc bij Haerlem, tussen west: Bartholomeus Johannis et Theoderici Wolf, oost: Havic filius Theoderici Noert et Arnoldi filii Wilhelmi Venen, zoals de aangehechte schoutsbrief inhoudt, 6) 1£ Holl sjaers na den dood van coman Willem Lubbrantsz op een camer en erf super crippam [op de Croft] in opido Harlemensis cui Andras Folkeri ab una parte et Wesselus die Vischcoper altera parte, zoals blijkt uit de aangehechte Haarlemse schepenbrief, 7) 10 sch Holl sjaers op een huis en erf in Haerlem que dudum consociata fuit Mercisie [Marcelis] relicte Petri Moycs (?), domum et aream Gherardi Nycolai ab una parte, necnon Hamer qui dictur faber aut mercellus ab alia parte, 8) zijn huis en erf te Haerlem daar hij nu in woont, zich uitstrekkende tot de begraafplaats van het oude gasthuis in Haerlem, belend oost: het huis van heer Willem f. domini Theoderici Alberti, presbyteri, west: Gherardus Albout. Na zijn dood zal deze capelrie bediend worden door een priester van zijn geslacht en bij gebreke van dien door een arm priester. Het patronaatrecht van deze capelrie houdt hij aan zich zelf, doch deze zal na zijn dood komen aan deken en procurators van de broederschap van St Nicolaes te Haerlem

deze dingen geschieden te Haerlem in die prochykerke. Daer bij an ende over waren als tuge heer Jan Bolle, heer Arnout Ysebrantsz, priesters, Dirc van Spernewoude, clerijc ende Gheryt van Berckenroede, leec