1417-07-11 (1) |

R.A.H. Coll Aanw 73 fol 3 en 2/Mem B.B. fol 2 en ingestoken papieren tussen fol 1 en 2
Haarlem Algemeen

gravin Jacoba oorkondt "alsoo als vele onder porteren en inwonende luden van Haerlem nu een Saterdage l.l. die klocke sloegen ende mit gegaderden volcke mit eenre bannier gecontrefeyt na onser stede bannier, die sij maken deden buten ons ende onsen gerechte uijt onser voirs. stede togen en quamen ter Hage wairt om sulke opsette te volbringen als sij voir hadden, dair si ons grotelic en kenlic angebrueckt en misdaen hebben". De Raad onderzoekt dit alles. Jacoba gebiedt aan de navolgende personen vóór morgen Sonnenondergang de stad Haerlem te verlaten en te ghisel te trecken naar de aangegeven plaatsen. Naar St Geerdenberge: Lottyn Gerrytsz, Dirc Gherijtsz, Willem Gherijtsz, gebroeders, Gheryt Jansz Waterlander, Vechter Louwenz, Heynrick Nannenz, backer, Gheryt van Dam, Symon Symonsz, Jan Symonsz, gebroeders, Andries Claes Brechtenz, Jan Bartoutsz snijder, Dirc Jan Berenz. Naar Woudrichem: Willem Jan Willem Onenz.z, Daem die Verwer, Dirc Claes Raem Claeszoens broeder, Pieter Roeper, Andries Roeper, gebroeders, Jan Boude, Willem Dirc Aelwynsz.z, Zibrant Lambrechtsz de snyder, Dirc de Seijlmaker, Ysbrand Bertelmeus Claesz.z, Vechter Seijlmaker, Dirc Symon grote Claesz.z, Coppert Claes Hannenz.z, Ysbrand Symonsz op t Heyligelandt, Jan Martynsz van Hillegom, Heinric Jan Bertoutsz. Naar Vlissingen: Symon Hugen Jan Bertoutsz.z, Meijns Jordensz, JanBette Symon Dircszzoons zwager, JanBette Heynricsz, Symon Gherytsz van Egmonde, Dirc Heininck Jacobsz, Pieter Pouwelsz, Claes Vredericsz, barbier, Willem Wouter. Naar Huesden: Jan Bette schoemaker, malle Huge, Grote Vrederic, Tybaut Luytgensz, Jacob van Werve, Claes Jan Andriesz, Gheryt Janszoens schoonvader, Bartelmeus Ponsenz