1523-06-20 |
Bissch Oud Arch Haarlem 8 kl A no 36/St Michielsklooster Haarlem
Haarlem Algemeen
schepenen in Haerlem oorkonden dat Pieter Jansz: alsoe de mater ende gemene susteren van St Michielsconvente binnen deser stede van weghen Sophia Gijsbrechtsdochter aldaer professide suster, de voors. Pieters moeije, onder hebben twee losrentebrieven van 3 R gld ende d'ander van 5 R gld sjaers losrenten die t convent voors. ten lijve van Sophie voorn. ontfangen sal ende niet langer naervolgende d'uterste wille van Clara Gysbrechtsdochter, haer suster sal. ged, mede de voors. Pieters moeye. Van welcke 8 R gld sjaers Pieter voorn. na dode van Sophia voors. hebben sal 4 R gld sjaers. Aangezien hem de brief van 3 R gld door t convent overgegeven is, bekent hij deze rente aan t convent te zullen betalen zolang Sophia leeft. Hij stelt daarom ten onderpand het huijs in de Grote Houtstraat, daar hij nu in woont, en al zijn andere goederen. Bij gebreke zal Claes van Waterlant borg zijn, deze stelt als onderpand zijn huis en erve op te Beeck. Get: Jacobsz
Claes Gherytsz van Houtte en Willem Enghebrechtsz Ramp, schepenen