1546-02-19 |
Bissch Oud Arch Haarlem regest 418/Oorspr Inv no 391
Haarlem Algemeen
notaris Theodricus de Schoerle instrumenteert dat honeste virgine Elisabeth filia Theodrici, Cornelia filia Jacobi de Griecken, en Katherine filia Arnoldi, bagine in Haerlem, en Mcolaae (? onleesbaar) Wilhelmi [Claes Willemsdochter] Grauwert uxor Andree Michaelis, oppidani Harlemensis, getuigd hebben op verzoek van Clare filia Petri van der Delle et Margarete filia Theobaldi, bestuursters van het bagijnhof te Haarlem. Lysbeth getuigt dat Aecht Jan Hughensz weduwe die met haer dochter Geertruyde Jansdochter bagijn op den groten Hof te Haarlem heeft gewoond op den grote Hof in Sint Agnietenconvent en gaven tesamen voor hun kost, de een 12 en de ander 10 R gld sjaars. Dat de mater hiermede niet tevreden was, waarop Aecht antwoordde dat zij of haar dochter het convent later wel tevreden zouden stellen, waarna Guerdt voors. besprak aan genoemd convent na haar dood een stucke lants gelegen in de ban van Heemskerk mit die commanduerslant van Haerlem gemeen, geldende Guert's deel op die tyt 2 Kar gld sjaars. De anderen bevestigen dit getuigenis. Acta fuerunt haec in baginagio in domo Clais van der Delle