1478-11-09 |
G.A. Haarlem Inv 1674 Lade V Stedelijke Ambtenaren
Haarlem Algemeen
wij schout, Burgermeisteren, scepenen ende Raide der stede van Hairlem, doen condt allen luden dat wij bij consente, goetduncken ende gemeenen overeendragen van der Rijcdom ende Vroescip van derzelver stede, onthouden ende angenomen hebben, onthouden ende aennemen mit desen tegewoirdigen brieve mr Steffen Pietersz, lycentiaet in den Rechten, onsen medeporter, tot eenen pensionnaris ende dienre van der stede om van der voorn. stede wegen voir allen heeren ende rechteren ende tot allen steden ende plaetsen dair dat gebueren zal alsoewel buyten slants als binnenslants te vervolgen ende te sustineren al alsulke processen, gedingen ende saicken als diezelve stede nu ter tijt vuytstaende ende te doen heeft of noch hiernamaels hebben mach. Verder te proponeeren alle alsulke poincten ende saicken als die voorn. stede te doen zal mogen hebben. Hij zal geen brieven mogen uitschryven noch bezegelen maar dit blijft voorbehouden aan den drie gezworen clercken van der stede. Zij beloven hem te geven 100£ Holl sjaers van 30 groten, te betalen in 2 termijnen (Paschen en Lucasmarkt) en bij afwezigheid voor reiskosten 1£ Holl sdaags (van 30 gr Vls) boven wagenhuer en vracht en een knecht die hij vrij heeft. Tevens tabbaert en cleeding als een burgemeester. Hij is onafzetbaar behalve in geval van wangedrag. Bij verschil van meening 6 arbiters. Mr Steffen met Gerrit Luytgensz als voogd wijst hiertoe aan Wouter van Bekesteyn en Willem van Adrichem, burgemeesters, en Gerrit van Berckenrode, rentmeester van Kennemerland. De stad wijst aan: Jan van der Meer Geerytsz, Jan Pietersz Hals, burgemeesters in den gerechte en Jan van Foreest
bezegeld met het zegel van zaken en door Thomaes Thomaesz ende Dirck Potter, schepenen in Haerlem, en ondertekend door mr Steffen (ontbreekt)