Cely Guede Henricszdr | 1438-10-27

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 287, 288v
Voornamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Cely Guede Henricszdochter met haar gecoren voogd Rijcout Scaell, draagt op ½ van der huisinge en hofstede en van een stuk roggeland, belend zuid: Jacob Cuper, noord: Willems erfgenamen van Colvescoten, oost: de gemene brenck, west: Gehryt Rutgersz, haar aanbestorven bij dode van haar vader Guede, hof- en tijnsgoed; Cely ontvangt dit goed weer onder voorwaarde dat als zij kinderloos sterft, dit goed zal komen voor de helft op haar broers en zuster Peter, Rutgher en Goedeken, die Cely's moeder Alijt heeft bij haar man Peter Petersz, de andere helft zal na hun dood op Cely erven, behalve 4 schill per jaar tijns uit Jacob Fyenz hoeve, te betalen in onsen hoff tot Emmynclaer; "item nu Peter Petersz"; 1441-11-06: verleend aan Peter Petersz, tijns 4sc, na zijn dood zal de helft komen op zijn zoon Rutger; "nunc Rutger Scael zijn zoon"; 1490: "nunc Cornelis en Peter Rutger Scaels kinderen apud dom. Jac. Stege fol 24"

tijnsgenoten: mr Albert Baers, Jan die cuper; mr Aelbert Baers, Jan de Wolff