1539-04-28 |

R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Zeeland fol 163v, 164
Jaartallenindex

schepenen van Elwoutsdyck en Everinghe oorkonden dat voor hen compareerde jvr Elisabeth van Renesse, ambochtsvrou van Elwoutsdyk, Coudorp en Everinge, verclarende dat zij van de keizer in leen houdt "alsulcke tienden als zynre genaden voorders liggende hadden in Everinghe, in Elwoutsdyck ende in Coudorp", en dat uit haar naam Frederick van Wulven, die nu onlancx deser wereld overleden is, de leeneed had gedaan, weshalve zij nu constitueert als haar procureur: Jacob Herweijer, procureur postulant in den Rade van Holland, om namens haar de leeneed te doen (vgl 1626-09-06). Op 1539-09-19 doet Jacob Herweyer de leeneed voor haar in handen van heer Gerrit heer van Assendelft en Heemskerk, ridder, en stadhouder van de leenen

Jacob Simonsz, Cornelis Adriaensz, Jacob Arboutsz, Claes Pieter Hilestelle, Adriaen Jan Vriese soon, Mathys Willemsz, schepenen; leenmannen: mr Cornelis Suys, Raad in de Camer van den Rade en in den leenhove, Pieter heer van Roden en Peyndrecht, Cornelis Barthouts, Willem Criep