1542-10-20 |
R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Zeeland fol 145
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat mr Jacob de Voogt Nicolaasz, pensionaris der stede van Antwerpen, aflivich geworden is, die de eed gedaan had voor de stad toen deze beleend werd alsulke haringen die de stad in erfpacht in de vorm van leen houdt. Zo wordt nu Pieter van Halmale Jansz [er staat: Halmaar], schepen van Antwerpen, tbv deze stad met dit leen van 258ΒΌ haring beleend, te houden tot een goed onversterfelijk en onverscheiden leen, behoudens onse erfpacht
leenmannen: mr Joost Sasbout, mr Jasper v.d. Hogenlande, onse Raden Ord, mr Jacob de Jonge, heer van Baardwyk, Raad en meester v.d. reeckencamer, Pieter van Halmaer Pietersz, Cornelis Barthout, Anthonne Lebucq