1626-10-27 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 194
Jaartallenindex
Hendrick Duyst van Voorhout voor hemzelf en als oom en bloedvoogd van Jan van Alckmade, levert over ter secretarie van Coedijck, de navolgende gespecificeerde van de landen hem in de voors. twee qualiteit competerende onder t ressort van Coedijck, subject fidei commis, uyt cracht van het testament van wijlen zijn broer Cornelis Duyst Voorhout, gepasseerd voor schepenen en secretaris van Sevenbergen, dd 1625-03-28, in zulken voegen dat bij gebreke van wettige descendenten van de voorn. heer Duist de voors. naegespecificeerde goederen van landen sullen moeten succederen op Jan van Alckmade. Ende bij gebreke van wettige descendenten van deselve Jan van Alckmade, op de voors. heer Duist of desselfs wettige descendenten: 1) ⅓ part in een stuk weiland, genaamd "die Oort", noord: de Stelsloot, oost: de ringsloot van de Vronermeer, groot 3 morgen 112 roeden, in de ban van Coedyk, 2) ⅓ part in den stuk veenland genaamd "die Lemp", groot 4 morgen 381 roeden, noord: het grafelijkheids land, west: Anna Melis met Mecke Were, zuid: die van Duyveland met een stuk weiland. In margine: een verklaring dd 1662-08-12, waarin de rentmeester van de kinderen van heer Johan van Alckemade verklaart, dat laatstgenoemde overleden is, nalatende 11 kinderen, en dat dus het fidei commis gecesserd is. Hij verbindt voor de waernis van de Groote Oort, door hen verkocht aan Jan Claesz Veen, zijn persoon en goederen, get. Cornelis van der Hooch, rentmeester