1449-09-01 |
R.A.H. Coll Aanw 223 fol 8, 18, 49/3e Mem. Bossaert fol 4, 41, 114v
Jaartallenindex
alsoe Symon Garbrantsz den Rade te kennen gegeven heeft hoe boven sulke borchtochten als navolgende der ordinantie van den Hove, hy an handen van Dirck van Zwieten en Willem Bolle onlancx geleden gedaan heeft, hem van den baljuw van der Nyenborch Willem van Brakel nochtans sonderlinge beswaernisse angedaan, ende daertoe gedrongen is, dat hij hem noch andere borchtochte heeft moeten doen. De Raad beslist dat genoemde baljuw tevreden moet wesen met de borgtocht die Symon in eerste instantie gedaan heeft, en dat de tweede borgtocht teniet gedaan moet worden. Op 1449-10-15 nam Willem van Brakel dach de voors. Symon Gerbrandsz te repliceren, van huiden in 14 dagen; 1450-01-08: de zaak wordt een maand uitgesteld