1569-11-18 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Kennemerland fol 61v; R.A.H. Coll Aanw 141 fol 140/Reg Nassau fol 105
Jaartallenindex

koning Philips beleent Gerrit Gerritsz, wonende te Alckmaar, na dode van zijn vader mr Gerrijt Pietersz, met: 1) ½ huijs met 2 morgen lands daer t huys op staat, in de ban van Hensbroeck, daer naest aengelandt plachten te wesen, zuid: Evert Yffsz, noord: Claes Borrytsz, tot een onversterfelijk erfleen, 2) 2 stuckskens land tesamen groot wesende 2 morgen, in de ban van Ursem, daer of die een genaamd is Eelken Ven [er staat: Ban], en dat andere: die Gade [goede] Zydwinde, daer naest geland plagen te wesen: Dirck Jansz, Jan van Schoonhoven, Merten Pietersz ende Claes Pietersz, tot een onversterfelijk erfleen. Daar Gerrit onmondig is, doet Jacob Reyersz van Waerderdorp (andere akte: Warendorp), burgemeester van Alkmaar, zijn oom en bloedvoogd, de eed (vgl 1578-06-06)

Otto van Steensel, Cornelis Weylandt, Pieter Herweyer, Jan Beuckevoort, leenmannen