1545-11-06 |

Arch Marquette 1106/Cartul Assumburg no 40
Jaartallenindex

soe sijn Heere Gheryt Heere van Assendelft etc als besitter, possesseur ende recht hebbende omme te mogen bevisschen die sluys van de Nieuwendam, mitsgaders van t leggen van een tweede sluys aldaer ende t bevisschen van dien, ende Andries van Bronckhorst Heere van Schoot, Raedt der Keys. Maj. in Holland, ende Adriaen Stalpaert van Wyele, rentemeester van Kennemerlandt, commissarissen bij de K. Maj. geauthoriseert te procedeeren tot sluytinge van de uytwaterende sluysen van de Nieuwendam, ende die haven van Eedam, blykende bij brieven van commissie daervan wesende van dato den 17e Dec 1544, ende omme de redenen in de voirs. commissie en procesverbael daer nae gemaeckt, verklaert bij consente bevel ende medegeven van 't meerendeel van de contribuanten die tot makinge ende sluytinge van de voirs. sluysen ende stoppinge van dien, contribueeren sullen nae den taux ende ordonnancie die van wegen der K. Maj. daerop gemaeckt sal worden bij advyse van myne Heere den stadhouder ende Raeden van Holland, veraccordeert ende overcomen in der maniere hiernae volgende: Te weeten dat de ingelanden ende geerfden van Kennmerlandt en West-Vrieslandt, waterende op de Schermer, Beemster, Purmer, Wormer, Waert, ende andere binnenlandsche meeren, van den voirs. Heere van Assendelft de visscherij van de voirn. sluis en de nieuw te maken sluis in eeuwige erfpacht zullen hebben, tegen betaling van 46½ gouden Henricus nobelen sjaars, ende noch daerenboven alle jaren 6 Carolusgulden voor een half vat palinck, ingaende 1 Jan. 1547 (1546). Daar de heer van Assendelft deze visscherij in zijn qualiteit als heer van Assendelft in leen houdt van zijn Keyz. Maj, zoo wordt bepaald dat de voorn. erfpachters niets in de kosten van eenig verlij behoeven mede te betalen, en dat de K. Maj. den heer van Assendelft brieven zal geven waardoor deze erfpacht zal kunnen blijven bestaan. Geinsereerd in een brief van 1553-03-22 (1552)