1559-11-23 (2) |
Arch Marquette no 394
Jaartallenindex
(vervolg) koning Philips beleent jhr Nicolaes van Assendelft met: 16) het ambacht van Cralingen, 17) een deel van den ambachte van Ouderschie, geheeten den hoogen ban, 18) alsulcke ze.. één winter grazen op de groote Venne te Heemskerck, 19) ½ van de ambachtsheerlickheyt van den dorpe van Strevelant, van Leckerlant, Brantwijck, Gibelant ende Blaskensgrave, mit thiende, veeren, visscherien, erven, renten en huren, 20) die ander helft van het voorscr. leen onder 19), zulx als zijn grootvader heer Claes heer van Assendelft, ridder, verkreeg bij overgifte van jonge Jan Oom van Wijngaerden, 22) ⅛ deel van den ambochte ende ambochtsrecht van Zwindrecht, mitter ghifte van der kercke etc, ende men heet Heyndricks Ydenambocht ende Schildemanskinderambacht, 22) een hofstede van Zwindrecht, daer Hendrik Yden op te wonen plach, int lest van zynen lyve, vrij van lammerthiende ende van all dat men daarop teelt; twee morgen lants geheten den oirt, negen mergen lants geheeten die Steenplaetse mit thijnse ende mit hofstede die daertoe behoort, daer Roeloff Duickijnx ambocht beneden naest gelant es, ende dat kerchof, Jan van Amerongen ende Witte Jan Herberensoon boven naest gelegen zijn, sterckende van den Wael totten Vettencamp, ende hofstede gelegen ouk in Zwindrecht, gelegen buitendijcx ende geheten Wittestein, 23) 5 mergen landts gelegen in Crimpenerwawert, in den gerechte van Langeraek die Laurens Gijsbrechtsz voort van hem te leene te houden plach, 24) de helft van de ambachtsheerlijkheid van Kyffhouck in Zwindrecht mitter ghifte van der kercken, visscherien, vogelrien etc, daer Aernt van Loons erfnamen die wederhelft off houden, 25) een ambacht in Zwindrecht geheeten Oudelantsambacht mitter ghifte van der kercke aldaer etc, wel verstaende dat dese verlijdinge ons nyet prejudicieren en sal indien hiernamaels bevonden worde dat die alienatie van dit leen hier voortijts bij tijden van wijlen Jan Duyck gedaen van eenen quaden leen tot goeden onversterfelicken erffleen nuyet gedaen en waere als nae rechte behoort, 26) dat dorpe van Oude Goudriaen met hoge en lage gerechten, met thyns, thiende en alle goeden, renten en toebehooren, Arkels leen, 27) 11 morgen lands gelegen op Goudriaen op de oude zijde, te houden van Arckel, recht erfleen, 28) 3 mergen lants in Oude Goudriaen, oost: Ghijsbrecht Thoenisz met Claes Jansz kinderen, west: Ghijsbrecht Fierman (Tierman ?) mit Dirrick Symon, Arkels leen, 29) de heerlycheyt van Nieuwe Goudriaen, hoog en laag, met tienden, renten en al haer toebehoren, te houden van ons ende onsen erven als heeren en vrouwen van Arckel, 30) negen morgen geheeten t Groene Wout, liggende aan de nieuwe zijde van Goudriaen, daer t gasthuys van Schoenhoven boven naest gelant is, beneden: Jonge Jan Dircksz, leen van Arkel, 31) 13 morgen lands in Noordeloose, streckende van der Noordeloese totter landscheydinge toe, Arkels leen, 32) een erfelijke onlosbare rente van 501 Kar gld sjaers gehypotekeerd op des heeren van Zevenbergens goede tot Heemskerck, Oosthuysen, Etershem ende elders gelegen
hierover waren: heer Splinter van Hargen heere van Oysterwijck, ridder, Cornelis Baertouts, Simon Pijl, Adriaen le Seur [?], Cornelis Dirrixs