1516-03-26 |
Grote Raad Mechelen E.A. Dossiers dl I dossier 285
Jaartallenindex
akte houdende de attestatie van Jorden Jansz, richter in Babilonienbroek, betreffende verklaringen van getuigen over de waarde van haver en gerst op gronden die Willem van Gent moest ontruimen op eis [?] van Jan van der Merwe en Gosen Spierinck [NB deze akte behoort vermoedelijk bij: Beroepen Holland dossier 297]. Aernt Spierinck van Wel contra Jan Pauwelsz en Herman Claesz. In juni 1515 was tussen partijen geschil ontstaan over de betaling van schulden. Eiser beriep zich op brieven van uitstel, door hem op 1514-11-16 verkregen voor de duur van drie jaar. Door verweerders in rechte betrokken, vorderde eiser dat deze brieven hun effect zouden hebben. De Grote Raad wees op 1516-02-01 (op dezelfde dag als sententie 815.39 tegen Jan Spierinck) de eis af en behield (?) verweerders hun actie voort. Bijgevoegd: een akte dd 1516-02-25 (1515) "die sommacie van Herman Claesz contrarie Arent Spierinck van wege Henrick Gisselen"