1520-04-14 |
Cartul Raamsdonk anno 1518 fol 55a/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
wij Gheraert van Aerkel here tot Hokelem, Ammersoyen en tot Merweden etc, oorkonden dat Gysbert van Boxmeer, onse neve, voor zich zelve en als gemachtigde van joncfr Katheryne van Hokelem, weduwe van Hubert van Boxmeer, zijn moeder, ende oec als gemachtigde van jvr Cornelia van Malsen, zijn huisvrouw, als getocht of geduaryt wesende aen 34 morgen lants geheten t Rubroeck (procuratie gepasseerd voor Aernt Hackert en Coenraet Coenraetsz als leenmannen van Hokelem) opdroeg 34 morgen lands gelegen in onse heerlijkheid van Hokelem, geheten het Ruwebroeck. En dat hij vervolgens Jan Borichgreff [= Borchgraaf] tbv prior en convent van de Carthuisers bij St Geerdenberg daarmede heeft beleend tot een goed onversterfelijk erfleen ten Zutphensen rechte, te verheergewaden met 1£ goets gelts. Jan Gherytsz Borychgraeff voirs. doet de leeneed. Het convent zal voortaan geen dienst behoeven te verlenen. Wel zullen zij betalen scot en lot en andere ongelden als ander onse ondersaten boven en beneden, en niet meer (vgl 1520-04-13)
mannen: Ot de bastardt van Hokelem, onse natuerlyke broeder, Goessen Hackert, onse scout