1520-04-20 |
R.A.H. Coll Aanw 242 fol 632/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
bij die van den Haghe zyn ernstige klachten ingekomen dat contrarie zeker octrooi en ordonnantie "inhoudende hoe ende in wat manieren die vrije suppoosten van den Hove van Holland wijn in leggen ende tappen zouden mogen onder malcanderen, enige suppoosten als Claes van Dam, Jan van Stapels, Marinus Jansz en de cipier van de Voorpoort, onder het dexel van hun vrydom wyn tappen zoowel voor vrijen als onvrijen. Een onderzoek wees uit dat deze klachten gegrond waren. Genoemde personen zullen voortaan dan ook niet meer voor geld wijn mogen tappen. Alleen de wijn die zij nog in hun kelders hebben, mogen zij nog verkopen mits daarvoor excijs betalende als andere onvrije personen". Er zullen voortaan drie vrije tappers zijn, nl Crispijn Jansz van Boschuysen, Jasper de Beauvoir en Everaerdt van Gras, conchierge van den Hove. Zij en hun huisvrouwen en dienstboden zullen de eed moeten afleggen. Niemand van de vrije suppoosten of van degenen die op het Hof wonen zal bier mogen tappen om geld, dan alleen Adriaen Willemsz alias Lange Adriaen. Op 26 april hebben Jasper de Beauvoir en Everard de Gras, concherige en zijn jonckwijf de eed gedaan. Op 1 Mei doet Crispijn de eed