1531-05-04 |

Arch Marquette 1106/Cartul Assumburg no 269
Jaartallenindex

de rekenkamer verleent namens de keizer toestemming aan heer Gherit here van Assendelft om een husinge ende hofstede ende bossche glegen tot Velsen, belend west: Willem Gherytsz uyten Hage met zijnen lande dat hij v.d. heere van Brederode te leen te houden placht, oost: dat kerckpat, zuid: die Overduynrekerckwech, noord: Adrichemerkerckwech, dat wijlen Willem Gheritsz te houden plach, die dairop vercoft in 1476 wijlen Jan van Assendelft 4 Rinse gld sjaers, ende in 1483 ander 7 Rinse gld, die denselven van Assendelft ten erfleen verlijt zijn, ende nae dode van hem, zijn broeder heeren Gherrit heere van Assendelft ende daarna zijn soen heer Claes van Assendelft, ende nu heer Gherit voorn, des voirs. heer Claeszoen. Ende de voirs. huysinge, boomgaert ende bosch te tijden voirs. Willem Gherytsz vercocht wijlen Meester Jacob van Berry, ende daernae verlydt zyn soen Jan van Berry, ende bij gebreecke van beterlinge [betalinge ?] van de voors. rente is dit goed bij decrete van den Hove van Holland in den jare 1506 ingewonnen ende voir den selven renten mitten afterstallen van dien vercoft geweest tbv denselven van Assendelft, die daeroff geen verlij genoemen en heeft overmidts dat hij bevindt dat het voors. goed in den jare 1502 afgehouden is zoe dat de voors. twee partyen van uytgaende renten van 11 R gld sjaers beter zijn dan de voirs. huysinge etc, daarom heeft heer Gerrit aan de Rekenkamer verzocht dit goed ten vrij eigen te mogen verkopen, terwijl hij de daaruitgaande 11 Rins gld sjaars, verzekerd op 2½ mad lands in Velserbrouck van de grafelijkheid van Holland in leen zal behouden. De toestemming wordt verleend na een ingesteld onderzoek waaruit bleek dat het huys etc "niet grooter was dan 4 roeden dor sandick lant, dairof de helft beplant plach te wesen met elst ende mitsdien bossch genoemt was, ende dat die huysinge zeer vervallen is ende groote reparatie behouft"