1535-05-15 |
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VII dossier 689
Jaartallenindex
sententie van de Grote Raad van Mechelen in het proces tussen Charlotte van Brederode, douarière van Montfoort, namens Joost van Montfoort, haar oudste zoon, contra deken en kapittel van Oudmunster te Utrecht. in 1478 had Daniel van Loenersloot de erfpacht van Papekop en Diemerbroek, twee heerlijkheiden ten westen van Oudewater, en eigendom van het kapittel van Oudmunster, overgedaan aan Johan III van Montfoort, echtgenoot van eisers. Het kapittel zou echter in 1486 de erfpacht aan Gerrit van Poelgeest gegeven hebben. deze zou die met medeweten van het kapittel aan Johan van Montfoort hebben gelaten. Gerrit van Poelgeest stierf in 1517 en Johan van Montfoort in 1521. Na de dood van Johan wilde diens weduwe Charlotte van Brederode voor haar oudste zoon Joost van Montfoort het leen verheffen, maar de brieven daartoe werden haar door het kapittel geweigerd. Deze voerden aan dat het leen na de dood van Gerrit van Poelgeest weer aan hen was teruggevallen. Op 1527-02-04 stelde het Hof het kapittel in het gelijk en de Grote Raad bevestigde dit vonnis (vgl 1487-08-17)