1500-04-29 |

R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten fol 64v
Jaartallenindex

Philips oorkondt dat hij overmits opdrachte ons gedaen bij Lourijs Spernagel, tbv prior en convent van St Salvator te Antwerpen, geheten Pieter Pots, van de ½ van ¼ deel van t vierde gemet vroenlants dat in t uijtgeven van t bedycken van den gorsse van den Middelharnissche met haren toebehoren by den uijtgevers van denselven vrij gehouden is, zowel in die oestmeer als in de Middelharnisse ende dit alleenlycken van t gene dat aldaar tegenwoordelycken bedyckt is ende niet voorder. Philips beleent vervolgens de prior q.q. met dit leen. Leen van Putten, tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een nobel van 48 gr sjaars. Prior en convent hebben tot een leenman gestelt Geryt van Ylpendamme Pietersz. Op 1518-11-24 heeft in plaats van Gerit van Ylpendamme Pietersz, die minderbroeder geworden is, Aert Joostenz van Thienen de eed gedaan (vgl 1500-04-08)

present: Tielman van Dullekum, Dirck van Boneem, Jordin van Raamsdonck, Crispyn Jansz: 1518-11-24: Crispyn Jansz van Bosschuysen, onse ontfanger v.d. espargne in Holland en Vriesland, mr Cornelis Antheunisz, onse secretaris, Cornelis Berthouts, Simon van der Goude, leenmannen