1501-05-13 |
R.A.H. Coll Aanw 111 Caput N.H. fol 91
Jaartallenindex
Philips beleent Floris van der Bouchorst na dode van zijn vader Adriaen van der Bouchorst: 1) die hofstede ende woninge tot Haesbrouck mit allen den landen gelegen tussen den Ruygenbrouck en Willem Machteldenz land. Ende tussen der wateringe en der clingen tot een erfleen, binnen aftersusterkint niet te versterven. Heergewade: een rode sperwer; 2) een huys en woninge staende binnen onsen dorpe van Noortwyck tot een onversterfelijk erfleen; 3) 4 morgen in den ambachte van Noortwyck, belend west: Pieter Tray ende Willem Hendriksz, streckende an die Hofwateringe, zuid: mr Willem mandemaker en dat clooster v.d. Lee, noord: Willem Dirksz en Wynnout [Wibbout ?] Dircksz, mit een uytwech over die wateringe zuytwaert, 5 voeten breet langes die watering, daar Berteling Boudynsz ...... . Tot een erfleen. Heergewade: een rode sperwer; 4) 6 morgen lands in het ambacht van Noortwyk, belend noord: Splinter Jansz van Rossem, zuid: Crayenlaan, strekkende met den eynde aen den ....dam, tot een erfleen; 5) een stuk land tot Langevelt in den ambacht van Noortwyk, streckende mitten westeynde tot aen den veengors voor ommegaande noortoostwaarts tot aen den broeck an den Hout, also verre als Allartscampe streckt, ende van Allartscampe noordwaarts tot an den geest bij de capelle tot Langevelt, ende die Geest langs tot aen onse duynen ende also voort langes onse duynen tot den veengors toe mit den clingen, bergen, doorn ende conynen in den voors. land wesende. Tot een onversterfelijk erfleen. Heergewade: een rode sperwer of 1£ daarvoor
present: Floris van Wyngaarden, onse griffier, Dirck van Swieten, Dirck van Boneem, Bangaart Saij