1503-01-26 |

R.A.H. Coll Aanw 111 Caput Z.H. fol 152, 153v
Jaartallenindex

Philips beleent Lambrecht Millinck Jansz na dode van zijn moeder jvr Adriana van Ranst met: 1) dat slot Meduwen, 2) die heerlycheyt van Eten, ende die heerlyckheden van den slote en dorpe van Meduwen ende van Babilonienbrouck, mit allen gerechten, hoge- ende lage, ende mit allen anderen renten, goeden ende vervalle, 3) die lage heerlijkheid en gerechte van den dorpe van Drongelen, also verre die parrochie strecket. Tot een recht erfleen. Daar Lambrecht Millinck Jansz onmondig is, doet zijn oom Lambrecht Millinck de eed. Op 1514-06-13 doet Lambrecht zelf de eed. Eodem die beleent Phlips Lambrecht Millinck Jansz na dode van zijn moeder jvr Adriane van Ranst met 100£ sjaars uit den huyze en slote van Meduwen, ende altijt bij den besitters van denselven slote van ons ontfangen en gehouden sijn geweest. Tot een recht erfleen

present: Jan van den Sevender, Tielman van Dullecum, Dirck van Boneem, Gysbrecht van den Polle, cleene Jan Bruyn; 1514-06-13: heer Gerrit van Assendelft, ridder, Floris van Assendelft, Willem Pylyser