1513-10-13 |
Kroniek Hist Gen jg 1846 p 385/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex
Jan van Egmond, gouverneur, president en Raden van Holland etc verzoeken ernstig aan dekens en kapittels ten Dom en van Oudmunster te Utrecht (onder bedreiging van verhaal op hun geestelijke en wereldlijke goederen in Holland) om ter zake van het accoord dat door hen met de heer van Brederode gesloten is over die tienden, waarbij was bepaald dat de penn, het drostambt van Hagestein en het schoutambt van de Vaart van welke de beide kapittelen de lossing sustineerden, door hen zouden worden gedeponeerd bij de uit den Hove van Holland gekozen arbiters, en dat de brieven waarop zij hun recht gronden binnen 2 maanden zouden worden geleverd, terwijl Walraven van Brederode in het bezit der ambten inmiddels zou verblijven niet te verbreken. De kapittelen hebben namelijk niet alleen andere arbiters "mits dien genouch suspect wesende" benoemd maar hadden aan Walraven een concept van een compromis toegezonden, te maken tussen hem en Jan de bastaard van Brederode, en waarbij de eerstgenoemde de brieven van bewijs en penningen aan de kapittelen zoude overleveren, alles met bedreiging van het kerkelijk interdictum ten einde hem aldus uit het bezit zyner goederen te kunnen zetten. Gedaan te Haarlem