1513-11-17 |
R.A.H. Coll Aanw 114 Caput Kennemerland fol 54
Jaartallenindex
Max. en Karel oorkonden dat Adriaen Jansz hun heeft opgedragen tbv Jan Gerritsz, baljuw van der Nieuburch, 5 maden land te Uitgeest, belend zuid: Jan van Haerlem, noor: die wateringe geheten die Stierpt, oost: Willem Cornelisz, west: Claes Bicker, van Aemsterdam, en dat Jacoba Jansdochter afstand van haar lijftocht hierop, die haar man Adriaen Jansz haar gemaakt had, heeft gedaan. En dat zij Jan Gerytsz hier mede beleend hebben tot een erfleen
present: Pieter Plumion, Augustijn van Teijlingen, Pieter Hanneman