1610-07-14 (2)

R.A.H. O.R.A. 2099 fol 64-67
Transportregister Egmond

de eersame Cornelis Cornelisz Seep, burgemeester, en Symon Meynertsz, vroedschap der stede van Hoorn, transporteren: - aan Adriaen Cornelisz, onze buerman, een stuk land genaempt "Staelcamp", groot 1117 roeden binen onse banne in Sammerspolder, oost: Lambert Ysbrantsz, west: Claeijn Schiltvelt, zuid: Maijers gars, noord: de Zuyderhoeve; - aan Adriaen van Veen, waerschap van de duijncavel, een partije lants op het Noortvelt, groot 1503 roeden, oost: de Hoogedijck, west: een gemene notwech, zuid: Deaculus Willemsz, noord: Cornelis Jansz bestert; - aan Jacob Symonsz Rijcken vier partyen lants, groot in het geheel 11 roeden, in onsen banne in de gemene made gelegen in Jan Daelderscamp, lest gebruickt bij Claes Gerritsz; - aan Cornelis Gerritsz Gijssen, waert en buerman te Egmont Binnen, 440 roeden land, onverdeeld met Aelbert Aelbertsz Lacher, in onsen banne in Sammerspolder, in een stucke lants genaempt die Wester Wilsnes, belend in het geheel oost: die Zuytooster Wilsnes, noord: Aef Miesdochter c.s, zuid: Coxcamp, west: die cleyne Kusthen damm.. [?]; - aan Maerten Cornelisz, wonende in Lambertschaegen, een stuk land groot 1800 roeden, genaempt Groetermanswaeijtgen ofte het claeyne Caelaantge, leggende binnen onsen banne besuijden het Vennewater, oost: die Tocht, west: Steven Jansz, zuid: het gasthuishoylant, noord: die Calder; 1611-07-02: Maerten Cornelisz heeft dit land getransporteert aan Pieter Jellisz, buerman te Egmont Binnen