1617-10-24

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 156
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Tetrode oorkonden dat Arent Pietersz als man en voogd van Dieuwer Pieters, Jan Gerritsz als man en voogd van Maritgen Pieters, ende Maritgen Ghijsberts, moeder van de twee voorn. [dochters] en van de 4 onmondige kinderen, met name Jan, Gysbert, Lysbeth en Jacob, geprocreert bij Pieter Jansz Keij, der voors. kinderen overleden vader. Geassisteerd met Symon Cornelisz Campen, buerman tot Aelbertsberg als bloetvoogd van de voors. 4 onmondige kinderen, erkennen van wege de voorn. kinderen wel en duegdelijk schuldig te zijn aan Gerbrich Centen, weduwe van Jacob Gysbertsz, wonende tot Spaerwoude, een jaarlijkse losrente van 62 Kar gld 10st. Losbaar met 1000 Kar gld. Onderpand: een bleijckerij en zeker weyland daeraen leggende, twelk tegenwoordig gebruikt wordt bij Pieter Nijs, bleecker, gelegen in de ban van Aelbertsberg, noord: Maritgen Gysbertsz voors, oost: de Delft, zuid: de Leprozen te Haerlem, west: die wildernis. Desen voors. rentebryeff bi jde voorn. Gerrebrecht Senten besproken sijnde aen de schuldenaars van dien, wert mits desen alhyer gehouden voor geroyeert, 1637-08-03

Hans Aelbertsz Colterman, schout, Gerrit Jorisz en Pouwels Willemsz, schepenen