Bedoelde u soms?
daarover | daarvoor | daernaer | daerover | daervoor

4 resultaten

Liesveld, van | 1351-05-15

Van Mieris II bl 792
Achternamenindex

verzoening van graaf Willem met de bisschop van Utrecht "soe souden sy daervoer behouden heren Herbaren van Liesvelt, die sy nu gevangen hebben", dwz hij is gevangen genomen door bisschop en stad Utrecht

Wilde, de | 1383-12-08

R.A.H. no 45 fol 351/Reg Albrecht IV fol 208
Achternamenindex

hertog Albrecht oorkondt dat "ute dien dat wi Aernt den Wilden Willemsz om lieve dienst die Machteld zijn moeder gedaan hadde onsen kinderen, ende omme goede gunst die wi tot Arnt droegen omme heer Dirc [Voppenz] des dekens wille, syns oems, die slusen tot Alcmaer te visschen gegeven hadde, om alsulcken pacht ende rente alse Pillegrim Heynricsz die tevoren placht te hebben, durende tot Aernts live. Welke brieven van den sluse ons Aernt overgegeven heeft om sulcker wille ende begheerte die wire toe hadden, soe hebben wi Aernt in versotte daervoer ghegheven ende gheven 30 oude schilden t sjaers, die wi hem bewysen alle jaer in te nemen tot Kersavond ute onse rentmeesterschap van Kennemerland en Vriesland", voor zijn leven

Rijn, van | 1438-02-06

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 142v, 143
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Henrick van Rijn heeft ontvangen bij overgeven van Reijner Bertoutsz, ½ van 1 ½ hoeve engelants, met bos, met ongeslagen veen, velde en met 3 vierendeel geslagen veen, gelegen in Heze, tussen den Vuersen en der ijerster sant haer tot Hezewert, belend oost: Marten Nannincsz, west: Johan van Hemerden erfgenamen; "dit goet heeft Henrick van Rijn opgegeven, ende t is ontfangen tot behoef van t Sinte Pietersgasthuis te Amersfoert. Daervoer is man: Johan Spronc; actum 1445, des yersten Woerden [Woensdag ?] in Merte"; fol 143: St Petersgasthuis heeft dit leen verzocht bij dode van Johan Spronck, man is geworden voor hem: Willam van Bosch, anno 1448 des Saterdages na St Odulfusdag; na dode van Willem Bosch is leenman geworden voor het gasthuis: Egbert Goessen Woutersz

mannen: Goessen Bosch Willamsz, Jacop van der Weteringe; 1445: Egbert de Beer, Jacop van der Weteringe

Heerd, van | 1420-11-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 483
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Gheryt van Damassche oorkondt dat "wij om kenlike scout ende noets wille daer wij ende onse goedshuus zwaerlike mede belast sijn overmits oerloge tuijsschen den lande van Ghelre ende Hollant tezamen eendrachtelic teghens den ghestichte van Utrecht ende zonderlinge mede van ons monicker weghen here Willam van Heerd die sonder oirlof ut onsen cloester is op dese tijt. Ende syn brueders mit horen vrienden onse goedshuys ontseit hebben overmits beticht ende veel scaden gedaen hebben mit roef ende ghewelt ende onse monick noch doet. Ende Thyman Willamssoen, onse bouman, ten hove after Amersfoirde ghevanghen is aen handen des hertoghen van Ghelre. Ende hem ghecoft heeft om een zekere summe van ghelde buten onsen scouden of toen doens. Soe willen onse here van Ghelre ende sijnen raet van onsen goedtshuus dat ghelt hebben ende hebben onse goed tot Ermelen [Ermelo ?] daervoer vercoft"; verder verkopen zij nu aan mr Henric Foeken een rente van 12 g.g. Wilh Holl scilt ten lijve van mr Henric en van Wendelmoet Gheret Foeken bastaarddochter, te betalen binnen Utrecht (vgl 1420-12-06)