24 resultaten
Teding | 1389-12-02
Rechtspraak Graaf van Holland III p 38, 42
Achternamenindex
Claes van Torenburch doodgeslagen, zijn moeders maghen: o.a. Meliis Jan Tedinxz; 1389-12-12>: borgen van moederszijde Claes Jan Tedinxz, Meliis Jan Tedinxz
Moen | 1381-02-15
Van Mieris III p 365
Achternamenindex
uitspraak over de doodslagen te Haarlem: de dood van Heynric van Overcroft, 600 £, te betalen door Gheryt Moens maghen de ene helft en Dirc Boudynsz maghe [van Geervliet] de andere helft
Valk | 1384
Rechtspraak Graaf van Holland II p 17
Achternamenindex
doodslagen binnen Haarlem: van Verdebout Dirkszs dood, "hierof was ghecomen Claes Dirc Valkenz.z alse hantdadighe ende en hadde nyemant van sinen maghen mit him ghebrocht, alsoe dat hijs niet bliven en woude noch en mochte"
Rijswijk, van | 1381-02-15
Van Mieris III p 366 e.v.
Achternamenindex
hertog Albrecht doet uitspraak over de doodslagen te Haarlem: Arnkyn van Ryswic krijgt 60 £, te gelden door degene "die in den scepen waren tot Sparendam, doe Arnkijn ghesleghen waert, ende niet in Symons huys van Zaenden en quamen met horen maghen"
Loenen, van | 1389-12-02
Rechtspraak Graaf van Holland III p 38
Achternamenindex
Claes van Torenburch doodgeslagen, zijn moeders maghen: Meliis Jan Tedinxz, Heyn Rupier, Symon Symonsz, Jan van Lonen, Claes Heyn en zijn broer Otte, Sibrant Coppaert Scoutenz, jonghe Jacop, Gheryt Jansz, Gheryt Coppaertsz, jonghe Gheryt, Claes Lutgaertsz, Dirc Claesz, Jacob Jansz, Jan Dircsz, Jacop Elkenz, Claes Gherytsz, Florys Jansz, Jonghe Ysebrant, Hoec Alliin, Claes Rupier, Jan Tymansz
Muloc | 1298-02-05
v.d. Bergh II no 1022
Achternamenindex
Muloc Allardsz en Lemkin Stevenneve huurden 60 gemeten land te Kercwerve en te Nieuwerkerk; graaf Jan verbiedt om hen daarin te storen, "voirt ghebieden wi heuren maghen ende vrienden ende Michiel heuren sone ende sinen kinderen, dat si Muloc Allardssone ende Lemkin Steven neve ghehelpich sien in onsen stucken die roeren van den 60 ghemeten lands voirscr. ghelike ons selven"
Herlaer, van | 1360
Navorscher 1890 p 71
Achternamenindex
maandag na Palmdag: Jan heer van Kuijc belooft de uitspraak van arbiters te zullen aanvaarden "van alle zaken die gaens zijn tusschen onsen maghen ende ons des greven kinderen van Meghen. Welc seggen wij gheloven op ons goet te haren te houden heren Janne van Herlaer den here van Ameyde"; als de uitspraak van de 4 arbiters niet eendrachtig is, kiezen zij een overman
Dunen, van den | 1381-02-15
Van Mieris III p 366
Achternamenindex
hertog Albrecht doet uitspraak over de doodslagen te Haarlem: item Dirc Jansz van den Berghe zal men gelden voor 400 £ : die tweedeel de broers Florys en Clays Dirxzonen van Dunen, en Bartholomeus Boudynsz ⅓ van het tweedeel met hun maghen, waarvan Clays Florysz vrijgesteld wordt als hij bewijst dat hij er geen deel aan heeft genomen; Gheryt Andriesz zal met zijn magen ⅓ deel van 400 £ moeten betalen; Gheryt Andriesz voor zijn leemte en kwetsinge 150 £; Willem Florysz van Schalkwijk wordt voor 2 jaar verbannen
Woude, van den | 1381-02-15
Van Mieris III p 366, 367
Achternamenindex
hertog Albrecht doet uitspraak over de doodslagen te Haarlem: - van Claas Mathysz quetsinge 12 £, dit sullen ghelden Roelof Bertoutsz van den Woude, Albrecht Gerrit Bertoutsz en Bertout de Coster, elk voor een derde; - quetsinge van Dirx van den Woude "sullen Ysebrant van Sparrewoude ende Heynric Pontiaen maken een beloken hant, ende zweren ten heyligen dat si hem ende sinen maghen daermede ghebetert hebben met dien dat si daer in brengen sullen ende oflaten; want si int openbaer niet bedreghen en zijn"
Haarlem
Schoten, van | 1422-10-03
Van Mieris IV p 660
Achternamenindex
"Johan etc doen cond allen luden, want Vechter Gherbrantssoen ons ende onser heerlicheit in sekeren puncten broickachtich geworden is, ende oic desselven Vechters wijff, overmits dat sij hoir dochter binnen horen mondigen jaren utgegeven ende gehijlijct heeft an jonge Jan van Schoeten, buten orlove ende consente van des kints maghen van sijnen vier vierendelen, ende buten der stede Raiden van Hairlem, als dat behoirt, dair an des voirsz. Vechterswijf ons grotelich gebroict heeft. Van welken broicken die voirsz. Vechter ende sijn wijff mit ons gedadingt hebben, ende ons dat gebetert"