14 resultaten

Beresteyn, van | 1613-12-04

Not Arch Nicolaes Jacobs Amsterdam no 377 fol 476
Achternamenindex

Pieter Warnaertsz Kistgens, oud 38 jaar, attesteert tbv Coenraet van Beresteyn, dat hij ge..ge op 1613-01-04 geleverd heeft aan Henrick Jansz, laeckenbereyder, 4 stucken witte bombasynen, bedragende tesamen 50 Carol gld, ten eynde de selve Henrick Jansz daervan soude betaelen, gelyck hij oock beloofde te betalen aan den producent gelijke 50 gld over een jaar rente verschenen de 1613-01-01 van een schepenkennis en obligatie van 625 gld capitael; 06-12 d.a.v. doet notaris Jacobs een insinuatie over deze zaak, "in den name ende van wegen Coenraedt van Beresteyn soo voor desselfs weeskinderen als in sijnen eygenen name" aan Henrick Jansz lakenbereyder

Herlaer, van | 1621

R.A. Arnhem Arch Heerlijkheid Ammerzoden no 12 no VIIIa
Achternamenindex

nieuwe schepen van Ammerzoden: Assuerus van Wynbergen; 1621-02-27: Assuerus, oud omtrent 38 jaar, getuigt ten verzoeke van Roelof Hanricksz dat hij zijn hopgewas in 1618 verkocht heeft aan Jan Gerrit Clasen, burger van Saltbommel en Janneke van der Stege, oud omtrent 57 jaar, verklaart dat zij van Roelof Henriksz op 1619-01-12 75 gld en op 1619-06-16 115 gld ontvangen heeft; 1625-03-01: Assuerus attesteert op verzoek van mr Cornelis, schoolmeester te Well, dat hij te middernacht van 22 op 23 februari op zijn bed lag en toen moord brand hoorde roepen en de clok hoorde buiten. dat hij uit zijn bed ging en een brand zag in het huis van Gysbert Joosten daar de predikant in woonde. Dat had hij met sneeuw geblust, maar dat er ook brand binnen in het huis was, waarop hij gezegd had het goed te bergen

Ammerzoden

Hogendorp, van | 1594-11-02

G.A. Amsterdam Not Arch no 32 fol 262v
Achternamenindex

Jannegen Douwensdochter, 24 jaar, poorteresse van Amsterdam, weduwe van Jacob Jacobsz, droogscheerder, attesteert op verzoek van Simon van Hogendorp, poorter van Amsterdam, dat Maria Albertsdochter, de huisvrouw van Hogendorp, nadat zij omtrent 8 weken in de --- gelegen hadde op donderdag na Pasen 1593 "zelf persoenlick met haer getuyges Zal man mede bij begravenisse is geweest, ende dat deselve Marie Alberts nadat zij 1½ weeck daerna op ende neer uijt en ingegaen hadde zelf oock overleden is. Insgelijcx verclaert zij getuyge dat zij des vrijdaechs voor des vors Marie Elbertsz overlijden is gegaan ten huijse van deselve Marie Elberts, haer clagende ende segghende siende Marie Elberts: Hoe zal ik het doch maechen. Onse Jacob is doot ende hoe zal ick het maecken met de weeskamer, zij zullen veel van mijn willen hebben ende ick hebbe niet. Waerop Marie Elberts antwoorde: of onse Simon starff, daer behoeff ick niet voor te sorgen want wij hebbent malcander gemaeckt"

Beresteyn, van | 1614-01-07

Not Arch Nicolaes Jacobs Amsterdam no 377 fol 3
Achternamenindex

Coenraet van Beresteyn, koopman te Amsterdam, oud 61 jaar, attesteert, op verzoek van de gemene reders van het schip van Jan Pietersz Proost van Enckhuysen, dat hij ongeveer een maand geleden op verzoek van zijn broer Ghijsbert van Beresteyn, als gecommitterde van de Kamer van de Oost Indische Compagnie van Enckhuysen, er bij is geweest in de herberge genaamd de Prince op den Dam, dat zijn broer in conferentie was met de broers Pauwels en Steven Pelgrom, Lambert van Twenhuyzen als bevrachters van het voornoemde schip, "op de afdoeninge ende te niet latinge van de selve bevrachtinge, ende heeft hij getuyge alsdien gehoort dat de voors. bevrachters tegen sijnen voorn broeder seyden in substantie diese woorden: wij eysschen duysent guldens ende ghy bied ons 600, doch wij stellent aen u selven, die camer van Enckhuysen is ons soo veele weert ende soo lieff dat wij om een hondert guldens twee oft drye niet hier geen verschil en willen hebben, laet hun met het schip doen dat sij willen, wij stellent aen hunne discretie. Daerop sy alsoo syn gescheyden"