Monijck, de | 1454-09-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 366v, 392v, 380, 398

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt verkoopt aan Claes die Monijck als momber van zijn neef Jan Gerijtsz in Borselen, ½ tiende in Hoegenlande, zoals heer Phillips van Borssele heer van Cortgene van ouds in leen hield, en aan zijn nicht de vrou van Poeck bestorven zijn, en bij wanverzoek van haar man heer Daniel van Boechout, aan de abdij vervallen waren, daarlaatstgenoemde deze halve tiende zonder consent van de abt aan Geryt Jansz des voirs Jan Jansz vader verkocht had, hij wordt beleend tegen een jaarlijkse pacht van 18 groten oude Coninx Tourn; "heeft verzocht Claes Jan Betsz in eodem libro fol 398v"; 1472-07-21: beleend mr Henric Walichsz als momber van zijn neef Claes Jan Betsz, na dode van zijn oom Jan Gerytsz in Borssele; "dit heeft ontvangen Peter Cornelisz in libro abbatis de Stege fol 15"; 1473-03-25: beleend Petronella Goijert Mensendochter met haar man Joest zoene Dircsz, na dode van haar oom Jan Gerijtsz; "dit heeft Claes Beth"; 1478-06-21: beleend Claes Jan Bethsz, nu mondig

mannen: heer Peter van Dam, abt van Middelburg, Peter van Schoenenburch; 1472, 1473: Geryt van Ryn, Tyman Mouwer van Heersell; 1478: Eerst van Meerten, Johan Taets

Vriend | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Jan Vranckenz 3 ½ morgen in Ryswikermaelscap die van Heinric Loef Ghysbertsz waren, de halve Bredestucken geheten, belend beneden: de heerschap van Gelre, boven: Jan Vrient Dircsz (op fol 15: kinderen), van de Polre tot aan de Wijfdijc, zoals Heinric Loef hield (fol 9, 15); - Evert uten Weerde Gherijt Vrientsz 1 hofstat met 2 morgen in Ryswiker maelscap, belend beneden: de vrouwe van Gelre, boven: Dirc Borre, zoals zijn vader hield (fol 9); - Willem bvan Boechout: 8 morgen in Ryswiker weert, in 4 ½ acker, waarvan 1 akker belend boven: Jan Vrient, beneden: Henric Loef, en 4 hont in de Polre, belendboven: Gheryt Vrient, beneden: Alaert Vrient; de eerste 1 ½ akker ontvangt Jan Zurmont, de andere 2 en 4 hont daarnaast Alaert Vrient, de laatste Heinric uten Weerde (fol 11); - Hubert van Bemmale dat Gheryt Vrient Scelenz was, 3 ½ morgen in Ryswiker maelscap in den slaghe, geheten de Smale akker, strekkende van de polder tot aan de Broecsteeg, belend boven: Jan oude Gerijt Vrientsz, beneden: de jvr van Gelre (fol 28); - 1423: Diric Vrint ontvangt het goed dat hij in leen hield (fol 28v)

Cuyk, van | 1398-11-10

Codex Dipl Neerl serie 2 dl 2 p 247-249

Achternamenindex

Louis van den Kelre verkoopt aan vrouwe Mechtelde van Borssel vrouwe van Hoestraten een erfrente van 20 oude schilden per jaar te Asten, die met toestemming van haar man heer Jan van Cuyk heer van Hoestraten door haar ontvangen worden met haar gecoren momber heer Claes Swaef, ridder, de jonge

getuigen: Jan van Namen heer van Wynendale en Wallhain, onze lieve neve, Daniel an Bouchout, Jan van Oppeen, onze hofmeester, Claes van St Gorinx, ter tijd onze amman van Bruesele, Gerrit van Wezenbeke, schout van Santhoven, ridders; Louis van Boechout, Walraven van den Berge, knapen

Dalem, van | 1407-01-11

Van Mieris IV p 46

Achternamenindex

verdrag van Dordrecht: heer Jan heer van Dalem

bezegeld door: Jan van Dalem, Reynout van Brakel, Gheraet van Ghiessen, Lodewyc Barner, Gillys van der Halle Gillysz, Gysbrecht Gysbrechtsz, Rembout Sebers Ricoutsz, Ysbrant van den Couster, Jacob But, maeckelaer, Emont van Brakel, Gysbrecht Florensz van Eymeren, Tielman van Ratingen Hermansz, Cleis van Boechout, Willem Boemghert Willemsz, Wouter van den Wale, Dirck van den Wercken, Henrick Coenraetsz van Heysterbach, Jan van der Borch, Gysbrecht Ottenz, Willem Langherack, Jan van Steenbergen Willemsz, Jan Fazout, Zeeb Storm, Herman Haec Jacobsz, Noyde Meeuwz, Aernd van Alblaes, Gillys van Mitvelt, Daem Gillysz, Garbart van den Couster