21 resultaten
Barendrecht, van | 1337<
Leen van Voorne I no 513, 527
Achternamenindex
leen van Voorne: no 513) Gillis van Barendrecht houdt in leen 3 morgen te Berendrecht; no 527) Jan van Barendrecht houdt in leen 1 molen in Riederwaart en 1 perceel te Cathendrecht genaamd "de Va[l]ck"
Boekel/Bokel | 1410-04-13
Reg Rotterdam en Schieland no 1801
Achternamenindex
Jacob Boekel Gysbrechtsz heeft in erfleen ontvangen het Westambacht van Yselmonde, strekkende van half den kerkweg tot het viertel van Dirck Jansz, door deze nu bewoond en in Cathendrecht gelegen, en dat Dirc Say Henricsz daarvoor hulde heeft gedaan wegens de onmondigheid van Jacob voornoemd
Vorenbroek, van | 1424-07-26
Reg Rotterdam en Schieland no 2195
Achternamenindex
Jacob heer van Gaesbeek geeft het land in leen dat Gheerlof Jansz, baljuw van Rotterdam als vrij eigen had opgedragen, een kamp land geheten de Oostkamp,in Cathendrecht langs de Oostschinkele, strekkende van de sluisvliet achter tot aan de dijksloot, groot ongeveer 4 morgen
Burch, van der | 1380-02-22
Reg Rotterdam en Schieland no 1029
Achternamenindex
Zweder heer van Gaasbeek verklaart dat bij het huwelijk vanJan van der Burch Jansz met Beatrys, zijn bastaarddochter, o.a. bepaald is dat Jan de goederen van jvr Lysbeth van der Burch, zijn moeder, inbrengen zal, o.a. 80 morgen land in Cathendrecht met de uiterdijk, waarvan zij haar lijftocht aan hem heeft afgestaan
Putten, van | 1305-11-11
Reg Rotterdam en Schieland no 175
Achternamenindex
Niclais heer van Putte verklaart bij testament te schenken verschillende giften, o.a. aan de Heilige Geest te Cathendrecht 40 sch per jaar en aan die van Westambacht 30 sc, en aan de Heilige Geest te Scoenreloo 1 £ per jaar, te komen uit de bede en uit de opbrengst van het riet buitendijks
Heukelom, van | 1363-10-15
Reg Rotterdam en Schieland no 855
Achternamenindex
Zweder van Apcoude heer van Gaesbeke verklaart schuldig te zijn aan Jan van Hokelem en diens dochter jvr Beatrijs, zijn nicht, 50 £ Holl per jaar te betalen uit het schot van Cathendrecht, zonodig aangevuld uit het schot van 's Gravenambacht, welke schuld door hem is overgenomen met hetgeen hij van zijn moeie vrouwe Beatrijs vrouwe van Putte en Strijen, geerfd heeft, machtigt hem deze rente zelf te innen
Jonge, de | 1363-09-11
Arch Nassau Domeinraad I fol 133/Ned Leeuw 04-1935 p 109; Reg Rotterdam en Schieland no 854/Reg Putten en Strijen mette houten borden fol 254
Achternamenindex
Sweder van Abcoude, heer van Gaesbeek, Putten en Strijen beleent Heinric de Jonghe Melysz met 24 bunder land in de Zwaluwe, die Maes van der Havenen waren, en Hoescht Jans Wittenz van Maes verkregen heeft; bij zijn overlijden zal dit land komen op de kinderen die hij heeft of zal krijgen bij zijn vrouw Ghertrude Hoesche Jan Wittenz dochter; 1363-10-15: hij krijgt in leen 12 gaarden land in het kerspel van Cathendrecht bij de windmolen, belend oost: Hughe Jacobsz
Roelof de Coc, ridder, Jan die Moelener Jansz, rentmeester van het land van Putte en Stryenen, Jan Aernoutsz van Abbenbroek, Heinrich Aernoutsz van Drenckwaert, Ocker Dirxsz
Loon, van | 1477-04-28
R.A.H. Coll Aanw 106 fol 4, 5/Reg Maria Max. Z.H. fol 2
Achternamenindex
Jacob Pott draagt op tbv Lijsbette van Loon weduwe van Vranck van Moerkerke, vrouwe Gijsbrechte van Loon [gehuwd met Willem Ruijchrock van de Werve], de zusters jvr Yde en Beerte van Loon, elk een ¼ deel van de helft van de ambachtsheerlijkheid van Cathendrecht, zoals Jacob die in leen hield, waarvan hij de andere helft aan zijn vrouw jvr Geertrude Reyners tot lijftocht gemaakt heeft; 1477-07-15: de belening door de hertog. Vrouwe Gysbrecht heet heir huysvrouwe Heeren Willem Ruyckrocx v.d. Werve
Naaldwijk, van | 1370-05-17
Reg Rotterdam en Schieland no 941
Achternamenindex
Sophia dochter van Simon van Teylingen gehuwd met Willem van Naaldwijk wordt beleend met de goederen van haar vader (het ambacht van Over Sliedrecht van de kerk tot het ambacht van heer Tielman [de Molenaer] en 30 sc uit de polre benevens de VAlcke te Cathendrecht, groot 24 morgen); aantekening: tot dit goed behoorde, tevoren in leen gehouden door Herbaren van Crayensteyne, o.a. de Valcke te Catendrecht, 24 morgen, in leen gehouden van de heer van Voorne door de vrouw van Dirk van Teylinghen en daarna door haar zoon Simon
Roon, van | 1411-05-20
Reg Rotterdam en Schieland no 1825, 1826, 2045
Achternamenindex
Peter van Roden wordt beleend met de lenen van zijn vader Boudyn: de helft van het land van Pendrecht, geheten het land van Roden, met tienden, ambacht, patronaatrecht en toebehoren, strekkende van het kerkhof van Pendrecht tot het ambacht van Cathendrecht, en in erfleen 6 morgen land in twee stukken gedeeld, waarvan 3 morgen min 1 hont in het Nuwelant van Roden, en 3 morgen 1 hont geheten het land tegen de Dam ligt bij het huis te Roden, met de oude toren te Roden, met alle gebouwen, hofsteden binnen de buitenste singel; 1411-05-25: idem; 1420-07-18: hertog Johan geeft dit alles als heer van Arkel in leen aan Pieter van Roden