27 resultaten
Horter, de | 1456-04-01
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 369, 371v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jan Claesz de Horter wordt beleend met 2 ½ gemet tienden in de parochie van ser Abbenkerke, hem aangekomen van zijn vader Claes die Horter, tegen een jaarlijkse pacht van 5 oude gr Coninx Tourn en een goede maaltijd of 2 oude gr daarvoor; 1460-03-22: Jan Claesz de Horter wordt met de ledige hand beleend, met dezelfde erfpacht
mannen: Peter van Sconenburch, Jan van den Anxter; 1460: Vrederic die Voecht, Geryt Scade
Hoeve | 1478-05-01
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 397
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Clauwert beleent Jacob van Campenhout als voogd en momber van zijn nicht Magdalenen Joest Hoeven Dirickszsdochter, die onmondig is, met ½ tiende in Hoghelande, die wijlen Dirck Hoeve van de abdij in leen hield, tegen betaling van een jaarlijkse pacht van 18 oude groet Coninx Tourn en een goede maaltijd of 2 oude groet Conincs Tourn daarvoor, heergewade: de dubbele pacht
leenman van St Paulus: Geryt van den Rijn, leenman van Utrecht: Johan Taets
Bruggen, van der | 1455-07-26
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 368v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt beleent Willem van der Bruggen als gemachtigde van Jan van Reness van Wlven, die gemachtigd was door vrouwe Elisabeth Wilden vrouwe van der Moerre en van der Maelstede en de vrouwe van Scoendomme van Hulst, Hulsterambacht, ende dat daer toebehoort (daar zij buitenlands is), met 2½ gemeten land in de parochie van tser Abbenkerke; jaarlijkse pacht 5 oude gr Coninx Tourn en een goede maaltijd
mannen: Geryt Scaij en Claes Gelysz
mannen: Geryt Scaij en Claes Gelysz
Boede, van der | 1454-10-01
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 361v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt verkoopt aan Peter Willemsz van der Boede 2 gemeten land min 36 roeden in Coudekerke bij des graven heerstraet, zoals Wouter Colijnsz in leen had en bij verzuim aan de abdij vervallen, en die hij aan Peter verkocht had [die er blijkbaar niet mee beleend was]. Vervolgens wordt Peter beleend tegen een jaarlijkse pacht van 2 gr Coninx Tourn en een goede maaltijd; " dit heeft ontfangen Jan van der Boede, Petrus voirs soen per mortem ejus"
mannen: Geryt Scaij en Claes Gelysz
mannen: Geryt Scaij en Claes Gelysz
Villain | 1455-03-31
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 368
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jan Out soen [Oirt ? soen ?] als gemachtigde van heer Colaert Villain heer van Liedekerke, van St Amants, Baersrode, die wordt beleend met 2 ½ gemeten tienden gelegen in tser Abbekerke, en zijn broer Mertyn Villain, die nu buiten lands zijn, hen aangekomen van wijlen hun vader Adrijaen Villain, zodra zij binnenslands zijn moeten zij zelf de eed doen; jaarlijkse pacht 5 oude gr Coninx Tourn en een goede maaltijd of daarvoor 2 Tourn (vgl 1460-09-25)
mannen: mr Huge Jansz van Wissenkerke, Peter van Sconenburch
Screij | 1422-09-16
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 324, 324v, 320
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Hugo Screij filius Johannis wordt beleend met 2 delen van 5 gemeten land in parochia de Westmonster in ver Roesen molen, parcium Zelandie, a parte meridionali Hugo filius Petri Michaelis of zijn opvolger, beleend tegen een jaarlijkse pacht van 5 oude groten Coninx Tourn; 1422-10-12: dominus Johannes Screij, presbiter, als wettige erfgenaam van Hugo filius Petris beleend met ⅔ deel van dit zelfde leen [wordt hiermee de andere helft bedoeld ?]; 1428-06-03: Bartholomeus de Biggekerke wordt als wettige erfgenaam van Johannis Screj, presbyter, beleend
presentibus: 1) Theoderico Nycolai de Hilgom en Ghsyberto Goetscalc; 2)Tydemanno de Lange, Johanni Hombout/Hamborch, nostris vasallis
Schonauwen, van | 1367-12-10
R.A.U. Regesten Domkapittel Charter no 1206 afschrift, Reg no 55 fol 68, potloodnr 1e afd 583
Achternamenindex
het Domkapittel verhuurt en geeft in erfpacht aan heer Otto van Sconouwen, ridder: - een hoeve land in het kerspel van Schalcwijk in diens gerecht, tussen de landen van het kapittel van St Pieter en van de abdij van St Servaes; - een hoeve lands geheten des Coninx hoeve in hetzelfde kerspel, tussen Marienweerd en de hoeve land waarop het huis Sconouwen staat, leen van Culemborch; - ½ hoeve idem naast land van het kapittel van St Marie; - nog een ½ hoeve en nog een ½ aldaar tussen land van het Duitse huis en de abdij Oostbroek
Mün | 1422-10-20
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 325
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: jvr Jacob Mün Henric Haveloesdochter met haar man Wouter Colyn als voogd, wordt beleend met 4 gemeten lands in Walcheren in den kerspel van Coudenkerke, de de abdij aangekomen waren bij verzuim na dode van Henric Haveloes, vader van jvr acob Mijnen, die zij nu van de abdij gekocht heeft, gelegen onderdeeld in 12 gemeten land die heer Jacob Boudewijnsz van de abdij in leen hield, per jaar te betalen 1 scellinc goets gelts en een goede maaltijd of 2 oude Coninx groet Tourn daarvoor
mannen: Willam van der Maern, Johan van Hamelenberch
Villain | 1463-12-04
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 378
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Mathijs Petersz wordt als gemachtigde van Adriaen, Meertijn en Colert, de onmondige kinderen van heer Colert van Villain, beleend met de helft van 2 ½ gemeten tiende gelegen in tser Abbenkerke, hun aangekomen bij dode van hun vader; dezelfde dag wordt Mathijs namens Adriaen van Villain heer Mertensz binnen jaar en dag na dode van zijn vader heer Mertijn van Villain, beleend met de helft van 2½ gemeten tienden in tser Abbenkerke, pacht de helft van 5 oude gr Coninx Tourn per jaar (vgl 1460-09-25)
mannen: Heynric van Duven, Tyman Mouwer van Heersel
Hamersveld, van | 1476-06-24
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 229v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Lambert van Hamersfelt draagt over een stuk land gelegen in Zoes, geheten "den Groten Camp", opstrekkende van der Eem tot aan de Hoijwech toe, zuid: Gerbrant Noijenz met een cleyne camp lants, die hij van de abdij in leen houdt, noord: Ricout Ricoutsz, en deze camp was van Gerbrants vader Noije Veenhaver; vervolgens droeg jvr Dirck Petersdochter van Hamersvelt, vrouw van Elyaes van Wee, al haar recht op dit land op en wordt jvr Beatrys Coninx tbv haar broer Evert over die Vecht ermee beleend tot een goed onverstefelijk erfleen, hulde doet Dirck Woutman; "gegeven 1476 op 24 Januari", "Jacob filius ejus habet"
mannen: Vrederick uten Ham, Johan van Helmont