15 resultaten
Horst | 1691-05-25
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv no 51
Achternamenindex
losrenten kantoor Medemblik: verschijndag 1693-06-16, Willem Reyersz Horst, fl 1000 - fl 40 en fl 800 - fl 32; 1693-08-01/1695-01-01: Gysbert Reijersz Horst fl 300 - fl 12; 1694-07-09/10-05: idem fl 300 - fl 12; 1695-10-26: lijfrenten kantoor Enkhuizen: Gysbert Reyersz Horst 300 gld ten lijve van zijn dochter Annetje Gijsberts, oud 9 jaar, moeder: Cornelia Jans, fl 27
Grieken, van | 1399-01-18
Ons Voorgeslacht 06-1988 p 245/Ned Leeuw jg 81 1964 kolom 99
Achternamenindex
leen van de hofstede Warmond: no 88 bis) strekkende van de Leede tot de grote weg, belend oost: Belye van der Woude met hofstede en erf, westen: erven Foyken Willemsz met eigen, beleend Gijsbert Foris Calisz van Warmond, draagt samen met de erfhuur van Alfer van der Horst, die hij verkreeg van Belye van der Woude, dat begrepen is onder dezelfde belendingen, over aan de leenheer, bevestigd door Jan van Grieken, schout van Warmond, Gijsberts neef
Haestrecht, van | 1424
Reg Gelderse Leenkakten 11e stuk p 621
Achternamenindex
Gysbert van Giessen wordt beleend met o.a.: - 3 morgen die Ketelbuter geheten, in het land van Altena in het gerecht van Slewijck tussen de gemene dijk en de gemene stege; - 3 morgen de Quellinge, in hetzelfde land en gericht, tussen de erfgenamen van heer Pouls van Haestrecht en Rowijn Johan Lemmensz.z; - 6 morgen minus 2 hont in hetzelfde land tussen de erfgenamen van Johan Greven en heer Pouls; - 2 morgen idem tussen Gijsberts erve en Gaderts Greve met eggen
Lodensteyn, van | 1436-07-07
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 270v, 149
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Mergrite Geryt Douwersdochter die Gijsberts wijf van Lodensteijn was en haar zoon Evert van Lodensteijn dragen over ½, onderdeylt, van 3 ½ vierendeel veens gelegen in Hezer Veen, strekkende van der (g)ouder graften totter meeren toe die in Hezerveen gelegen is, belend oost, west: Peter Lambertsz van Hamertvelt; vervolgens wordt Henrick Gysbert Henricsz.z ermede beleend, met voorwaarden dat dit veen en alle venen die Evert van Lodensteijn daerboven liggende heeft over malkanderen wegen en wateren sullen alse redeliken is; "nunc Florys, zijn zoen, apud dom. Gerardum de nova ecclesia fol 319"; 1452-08-22: Heynric Gysbrecht Heynrics.z. wordt beleend met de ledige hand, zoals zijn leenbrief van 1436-07-05 inhoudt
mannen: Jacob die Beer Rutgersz, Matheus Gysbertsz; 1452: Otte van Slingelant, Albrecht Heijn Nagelsz
Hogendorp, van | 1596-04-24
G.A. Amsterdam Not Arch no 32 fol 393v/Notaris Jacob Gijsberts
Achternamenindex
Barent Elbertsz, Jan Harmensz, Jacob Jacobsz en Gerrit Pietersz als mannen en voogden van hun vrouwen, alle poorters van Amsterdam en erfgenamen van Jannegen Symonsdochter, het overleden kind van Simon van Hogendorp, en hebben allen voor henzelf en vanwege het nagelaten kind van wijlen WEyntgen Elbertsz, ontvangen uit handen van denzelve Hogendorp, al hetgeen hen toekomt uit de erfenis van zijn dochter Jannegen, volgens de sententie van schepenen van Amsterdam dd 1596-02-01 en de uitspraak van goed mannen