Egmond, van | 1363-06-16

Arch Abdij Egmond Inv 481/Ons Voorgeslacht 05-1988 p 214

Achternamenindex

leen van Egmond: 77bis) 19 viertel (80 morgen) over de Gouwe genaamd Zuidwijk, met het gerecht zoals de leenheer houdt van Holland: Wouter van Meresteyn, neef van de leenheer, met lijftocht van zijn vrouw Willem Mabelye uten Waerde; 1377-02-27: Arnoud van Ysselsteyn, heer van Egmond, ten eigen, waarna overdracht aan Dirc Voppenz, persoon van Haarlem, rentmeester van Noord-Holland; 1377-07-24: Wouter van Meresteyn, neef van de leenheer, gehuwd met Alverade [van den Bouckhorst], nicht van de leenheer, dragen over aan de leenheer; 1385-05-17: Costyn Gerritsz van der Does doet voor de vrouwe van Woerden afstand aan Dic Foppenz; 1386: in het veen te Boskoop; 1404-08-19: Jan Lambertsz verkoopt aan de abdij Egmond

Willem die Wilde en Martijn Martijnsz, schepenen van Alkmaar

Ackoy, van | 1534-07-07

Leenhof Heren van Asperen Inv no 1478/Verslagen Rijks Oude Archieven 1922, dl 2, fol 317 en fol 54….v

Achternamenindex

Rutgher van den Boetzeler, heer tot Asperen, Langerak oorkondt dat Claes Jansz van Ackoy opgedragen heeft een campken van 13½ hont land in de Vyfhoeven, belend: Jan Heymansz en Jan Petersz; Rutger beleent vervolgens Jan Aertsz van Rennoy, voor 110 Keizerguldens, voor welke som Claes Jansz van Ackoy het leen weer lossen mag, terwijl Jan Aertsz van Rennoy het na de lossing nog 3 jaar zal mogen gebruiken voor 10 Keizergld per jaar; als Claes Jansz dit kampje leenland verkoopt, zal Jan Aertsz de voorkeur hebben. Hulde doen: Jan Aertsz, Jan Claesz zoon van Stijnken Staes Dircksz weduwe Martijn Martijnsz aanbestorven van wijlen zijn moeder Stynken Staes, zijn voogd Jan doet hulde

Rutger de bastaard, Folpert Adriaensz

[in plaats van Ackoy heeft eerst Arkel gestaan. De verandering is echter gelijktijdig geschied]

Loon, van | 1490-07-04

R.A.H. Coll Aanw 108 Caput Arkel fol 75-77/Reg Max. Philips fol 24

Achternamenindex

burgemeesters, schepenen en raad van de stad Schoonhoven oorkonden dat de voogden van Neelken Cornelisz [!] te kennen gegeven hebben, dat er verkocht zijn 6 morgen leenland op Herdickvelt, ten profijte van wijlen Cornelis Willemsz, vader van het kind; de voogden machtigen Gijsbrecht van Loon Lourisz, "onse inwonende poorter", te ontvangen en te geven Jacob Martsz op Hardichvelt de voors. 6 morgen die Cornelis in leen houdt; 1490-08-10: Cornelis Cornelisz wordt beleend met 6 morgen op Hardinkvelt, hem aangekomen bij dode van zijn vader Cornelis Willemsz, belend oost: Gysbrecht Louwenz, west: Lou Evertsz; Gysbrecht doet de eed voor hem daar hij onmondig is, hiertoe gemachtigd bij brieven van procuratie van de stad Schoonhoven; 1490-08-13: Gysbrecht Louwenz draagt dit goed over op Jacob Martijnsz die op dezelfde dag beleend wordt