23 resultaten
Schrevel | 1334
Rek Rentmeester Noordholland p 206, 221
Achternamenindex
korentienden in Vlaerdingherambacht, op Hoghestat, tussen 2 lanen: - Screvel Philipsz 3 ½ £, borg Jan Bloeme; in de Poedelwijc: - Otte Jacobsz 10 sc, borg Screvel Philipsz (p 206); renten in het land van Woerden, in Bodegraven van landhuur: - Screvel Robbrechtsz van Crotkenlande 3 morgen 14sc (p 221)
Gruijter, de | 1396-04-24
Kemp p 140
Achternamenindex
Gysbrecht de Kok en Rutger van der Haer, schepenen in Gorinchem, oorkonden dat Gielis Dirksz Grutersz opdroeg aan Willem Robbrechtsz en Dirk van Megen, heemraden van Oosterwijk en Kedichem, tbv het gemene land, 4 morgen land gelegen op Kedichem, tussen Floris Koudehamers erf en Symon Jacobsz met de papelike proven, en Claes Meynerts kinderen erf
Arkel, van | 1366-04-21
R.A.H. Coll Aanw 44 fol 157
Achternamenindex
hertog Albrecht oorkondt, dat Baertoud van Muden hem opdroeg 12 morgen te Koten en dat hij vrouwe Margriet vrouwe van der Eem er mee heeft beleend, na haar dood te komen op Jan van Rinensteijn. Sterft Jan vóór haar dan komt dit leen op Robbrecht van Renswoude, heer Robbrechtsz van Arkell, tot een recht leen
Arkel, van | 1361-07-10
Geneal Herald Bladen VIII p 88 en 89
Achternamenindex
Margaretha van Arkel, vrouwe van der Eem wordt door opdracht van heer Gysbrecht van Abcoude beleend met Rynesteyn met visserij en zwanendrift in de Rijn tussen de kerkdijk en Ryckard Cloetinesland te Cothe; als ze sterft komt het leen op Johanne de bastaard Johansz van Arkel, bisschop van Utrecht. Sterft deze kinderloos dan komt het op Margriete "synre zuster heren Johansbroeder" [dochter?] van Arkel. Dan op Robbrecht van Renswoude, heer Robbrechtsz van Arkel. Sterft deze kinderloos, dan op Johan "sinen broeder van der Borch heren Robbrechtsz van Arkel"; 1368-06-23: Margaretha van Arckel, vrouwe van Rynesstein en van der Eem overlijdt te Utrecht en is begraven in de Dom. Zij was een zuster van bisschop Jan van Arkel en dochter van heer Johan van Arckel en Cunegonda van Virnenburg
Duvenvoorde, van | 1366-11-01
Arch Duivenvoorde Inv no 406 regest 20
Achternamenindex
Arent van Duvoirde, ridder, beleent Costijn Robbrechtsz met een stuk land, genaamd de Gheerhoeve in den Hof van Delft, in het oosten begrensd door het ambacht van Pynaker. Afschrift ongedateerd (eind 15e eeuw) in rolvorm. Op hetzelfde blad aantekeningen in een proces over bovengenoemd leengoed tussen Aelbrecht van Raephorst die het goed geerfd had van zijn neef Dirc van Raephorst en Dammais Jansz
Banjoen | 1334
Rek Hen Huis I p 184
Achternamenindex
ontvangsten in Noordholland over 1334: de renten in het Hugheambacht: - Dirc Banjoen 27d, Daniel Banjoen 2 ½ sc; - op die Gheest: Daniel Banjoen 2 ½ d en Dirc Banjoen 27 ½ d; - in de meente te Zytiendunen: Jan Dirc Banjoensz 6 sc 2 d, Daniel Banjoen 6 sc 2d; -van het land dat Clais Robbrechtsz was; - van der lavendierster lande Dirc Banjoen 3 £;
Raaphorst, van | 1366-11-01
Arch Duivenvoorde Inv no 406 Regest 20
Achternamenindex
Arent van Duvoirde, ridder, beleent Costijn Robbrechtsz met een stuk land, genaamd de Gheerhoeve in den Hof van Delft, in het oosten begrensd door het ambacht van Pynaker. Afschrift ongedateerd (eind 15e eeuw) in rolvorm. Op hetzelfde blad aantekeningen in een proces over bovengenoemd leengoed tussen Aelbrecht van Raephorst die het goed geerfd had van zijn neef Dirc van Raephorst en Dammais Jansz
Hodenpijl, van | 1468-01-19
Coll Aanw 238 fol 163, 187, 393v, 240 fol 1010v, 1088, 1091, 1098v/Mem Hof van Holland
Achternamenindex
Jan van Hodenpijl, eiser, contra de erfgenamen van Pieter Robbrechtsz, uitstel verleend (238 fol 163); 1468-01-27: (fol 187) uitstel'1468-03-14: uitstel (fol 393v); 1468-03-21: is van plan landen te bedijken te Maasland; 1468-07-27: zelfde proces (240 fol 1010v) en 1468-08-11: als heer van Haemstede, idem (fol 1088, 1091); 1468-08-11: contra de erfgenamen van Jan Sonck [er staat: Souck] inzake bedijkt land aan de Maasdijk (fol 1098v)
Rijnesteijn, van | 1366-04-21
R.A.H. Coll Aanw 44 fol 157/Ons Voorgeslacht 09-1988 p 393
Achternamenindex
leen van Amstel: no 95) 12 morgen te Cothen genaamd Breevoet in het gerecht van de domproost; hertog Albrecht oorkondt, dat Baertoud van Muden hem opdroeg 12 morgen te Koten en dat hij vrouwe Margriet vrouwe van der Eem er mee heeft beleend, na haar dood te komen op Jan van Rinensteijn, sterft Jan vóór haar dan komt dit leen op Robbrecht van Renswoude, heer Robbrechtsz van Arkell, tot een recht leen; 1369-01-14: Jan van Rynesteyn na dode van Margaretha van der Eem
Annocqué | 1450~
dr P Bos: Kroon 2, Mydrecht
Achternamenindex
Pieter Annocque, rentmeester Bewesterschelde in ± 1450, x een dochter van Willem Pietersz van den Steenhuizen, burgemeester van Brielle; 1474: Robbrecht Jacobsz Annocqué, vóór 1482 te Haarlem, daarna Den Haag, vana f 1474 rentmeester van West Friesland; ± 1515: Jan Robbrechts Annocque woont te Gorcum, deurwaarder van de Grote Raad, zijn zoon x Elisabeth van Boschuizen; 1537: Vincent Robbrechtsz Annocqué woont te Briele, 1545 burgemeester van Geervliet, rentmeester van mr Andries van Bronkhorst, na 1554 van diens weduwe Wendelmoet; Vincent had een broer Jan Robbrechts Annocque o.a. 1567 schepen van Brielle