27 resultaten
Dalem, van | 1361-09-15
Arch Nassau Domeinraad regest 606, 609
Achternamenindex
Ghysbrecht die Scoen verklaart ontvangen te hebben van de vrouw van Roelof van Dalem 2 £ groten in mindering van de 8 £ die zij en Roelofs erfgenamen hem schuldig zijn; 1362-01-03: eenzelfde quitantie voor schepenen van Woudrichem, groot 100 schilden
Houten, van | 1710-07-10
Arch. Gecomm Raden Noorderquartier Inv no 51
Achternamenindex
lijfrenten kantoor Hoorn: Maritje Roelofs van Houte 300 gld ten lijve van haarzelf, oud 39 jaar, daar vader van was Roelof van Houten en moeder is Meynsje Gysberts, fl 27; 1711-02-20: losrenten kantoor Hoorn: verschijndag 03-15, Marytje van Houte, fl 300 - fl 27
Dongen, van | 1521-03-05
Schepenregister Breda Caput ter Heyden fol 117v
Achternamenindex
de kapelmeesters van St Joost hebben verkocht aan Jan Roelofs tbv Cornelie wijlen Jan Petersz van Donghen, die men noemt Cornelie Posten, 21 st en 1 oort per jaar in mindering an de 3 R gld 11 st en een oort stuvers erfcijns uit een schepenbrief
Scade | 1461-04-09
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 102
Achternamenindex
de abt beleent Wouter Scade met ½ hoeve veen in de grote slage tot Zoes, zoals zijn vader wijlen Jacob Dirck Gysbert Scadenzsz in leen hield, belend zonnewaarts: Henrick Botter Goyertsz en Roelofs erfnamen van Baren [= Baarn], noordwaarts: Goossen Willemsz en Gysbert Wouters erfnamen, maar door verzuim ten Hove gekomen was
mannen: Baernt Scade Jacobsz, Peter Bot Volkenz
Werve, van den | 1340-05-02
Cartul Marienweerd no 494
Achternamenindex
voor schepenen van Deyl dragen Roelof Roelofs Pelsersz (= Rudolf van den Werve pellifix) van Bomel, Roelof Vrederic Bacsz en zijn broer Wouter, al het goed dat hun aanbestorven was van Ghenekens van den Werve, over aan de abdij Marienweerd en doen afstand van alle aanspraken die Gheneken op de abdij mocht hebben
schepenen in Deyl: Henric Willemsz van Eynspijc en Peter Cay
Dalem, van | 1363-07-07
R.A.H. Coll Aanw 44 fol 136
Achternamenindex
Willem Heijnricsz van Striene maakt tot lijftocht voor zijn moeder jvr Lisebette Dierics Borchgraven dochter, 3 ½ morgen land geheten die Broetkiste (binnen Woudrichem. Geynric Willemsz van Striene droeg dit land op tbv zijn zoon Willem die er mee beleend wordt tot een recht erfleen), belend oost: Roelofs kinder van Dalem, west: de ghemeyne vaart
Dalem, van | 1419-01-02 -11-11
A.R.A. Grafelijke Rekenkamer rek. 2147
Achternamenindex
rentmeestersrekening van het land van Arkel: uitgegeven van der maerscalcien: "item tot Andries van Dalem voir Johannes forier, Steven van Maueric, here Jan … … ende Bloete 6 paarden 13 nacht tsamen 45 sc facit 1 gld. Item tot Aernts van Dalem voor heer Willem van Herwinen 2 bedden en voor die haijckiers 4 bedden. Item tot Roelofs van Dalem voor Steven van Maueric ende sinen knechten 2 bedden 1 nacht"
Abcoude, van | 1401-05-28
Reg Rotterdam en Schieland no 1498
Achternamenindex
Henric Hugenz, schout in het ambacht van der Nyerkerc, verklaart dat in tegenwoordigheid van hem en van buren van het ambacht, heer Philips van Polanen, ridder, in vrije eigendoom aan Otte Kondauer tbv Jacob van Abcoude heer van Gaesbeeck, Putte en Strijene, heeft overgedragen een stuk land, groot omtrent 12 morgen met al zijn toebehoren, in genoemd ambacht gelegen, bepoot met opgaande bomen en belend oost: Kathrijn Jacob Alairtsz weduwe, west: Fije Roelofs weduwe en Heyntgen Roelofsz
Polanen, van | 1401-05-28
Reg Rotterdam en Schieland no 1498
Achternamenindex
Henric Hugenz, schout in het ambacht van der Nyerkerc, verklaart dat in tegenwoordigheid van hem en van buren van het ambacht, heer Philips van Polanen, ridder, in vrije eigendoom aan Otte Kondauer tbv Jacob van Abcoude heer van Gaesbeeck, Putte en Strijene, heeft overgedragen een stuk land, groot omtrent 12 morgen met al zijn toebehoren, in genoemd ambacht gelegen, bepoot met opgaande bomen en belend oost: Kathrijn Jacob Alairtsz weduwe, west: Fije Roelofs weduwe en Heyntgen Roelofsz
Kyfhoek, van | 1386-09-19
Nibbelink no 81 (zie de chronologische afschriften)/Van Mieris III p 447
Achternamenindex
Otto van Arkel beleent Zegher Florisz met: - Hendrik Idoambacht, Schildemanskinderenambacht; verschillende stukken land: -de hofstad waar Hendrik Ydo op woonde in het laatst van zijn leven, de hofstad Wittenstein, - 2 morgen geheten den Oort, - 9 morgen geheten die Steenplaets, belend: Roelofs Dukinxambocht, het Kerchof, Jan van Ameronghen en Witte Jan Haekenz; - een hofstad in Zwijndrecht buitendijks Wittensteen geheten; - het goed Bernesse dat gelegen is tussen Heenvliet en Zwartenwale met tienden en heerlijkheden zoals de heren van Voorne en de heren van Arkel bezeten hebben