Wadenoy, van | 1328-11-16

Cartul Marienweerd no 322

Achternamenindex

Philippus zoon van Ghyskinus de Wadenoye verkoopt voor 60 £ aan Marienweerd: 1) 1 ½ jugera terre in Droempt in loco dicto die Hoowert, belend tussen: land van Kuuc, Coppardus Scorre en moniales de Novimagio [klooster van Nijmegen] en Nicolaus Scouten, 2) ½ jugera terre in loco dicto p die Cort Beemden te Zennewynen, belend tussen moniales de Novimagio en Otto van Yngen

borgen: Rutgherus filius Frederici, Stephanus filius Ghijskini predicti; schepenen in Zaltbommel: Goswinus de Werva en Paulus Bart

Schorre | 1328-11-16

Cartul Marienweerd no 322

Achternamenindex

voor schepenen in Santbomel verkoopt Philippus filius Ghyskini de Wadenoye aan Marienweerd: - 1 ½ jugera land in de Droempt, in loco dicto aan die Howort, belend tussen land van Kuuc et Coppardi Scorre aan een kant en moniales de Novimagio en Nicolaus zoon van Scouten aan de andere kant; - 1 ½ jugera in de Zeenwinen op die Cortbeemden, belend tussen moniales de Novimagio en Otto van Ynghen

Cuyk, van | 1328-11-16

Cartul Marienweerd no 322

Achternamenindex

voor schepenen in Santbomel verkoopt Philippus filius Ghyskini de Wadenoye aan Marienweerd: - 1 ½ jugera land in de Droempt, in loco dicto aan die Howort, belend tussen land van Kuuc et Coppardi Scorre aan een kant en moniales de Novimagio en Nicolaus zoon van Scouten aan de andere kant; - 1 ½ jugera in de Zeenwinen op die Cortbeemden, belend tussen moniales de Novimagio en Otto van Ynghen

borgen: Rutherus zoon van Fredericus, Stephanus zoon van Ghijskinus

Rijsoord, van | 1352-10-06

A.R.A. Leenkamer 32 Copie fol 22/Reg EL 25 fol 15

Achternamenindex

hertog Willem oorkondt dat "Gheryt Aelwynssone ute Leijden die jaer meer oud ende teder is, ende wi him dicwijl bi ons houden also dat hi tot syns selves goedekijn ende renten die men hem schuldich is niet verstaen en macht daer hi scade ende afterstal bi tijt ende gebreck daerof heeft, waeromme wie ombieden en gebieden allen onsen bailjuwen, scouten, scepenen, geburen en boden overal in onsen lande, so waer syn bode comt gewaert mit sinen brieven van sinen wegen, van sinen renten, van synre schout recht doet ende ghebt jof pande doet hebben sonder vertreck na dier tijt dat die dage verleden syn, ende daerin doet dat hi mit geenre redene voor ons te beeroonen en hebben. Ende des en laat niet"

Schout | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Johan van Laer Neudenz, 2 akker land in Maudericker maelscap in Wikermate, binnen- en buitendijks, belend boven: Claes Scout, beneden: Alijt van Ham (tevoren gehouden door Heyn van der Ham) (fol 6v); - Wouter Jan Wesselsz 1 viertel tot Achthoeven die van Roelof Scouten waren, belend boven: Egbert Ghijsbertsz, beneden: eher Sweder van Vyanen (na hem op Willem Sluter) (fol 8); - Gerijt die Monic, van Rijenen, 8 aude weyden van 8 morgen, waarvan 7 belend: Griet Roelofsdochter van Amersfoort en Claes die Scoute, en de 8ste is gelegen voor Hubert Gorentijns (fol 33); - Claes Scout de helft van 8 morgen te Everdingen, belend boven en beneden: Geryt Jacobsz met leen van Vianen, belast met 4£ per jaar voor de kerk van Everdingen; dit droeg Wolter Kovoet op (fol 35)

Wit, de | 1437-02-10

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 130v, 75v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jan de Wit Jansz draagt over: 1) dat engelant mit eenre Brinxsche halve hoeve, belend oost: Jan Libert, west: Pieter Evertsz van Heze, 2) een stucke geheten die Brede, belend oost en west: Jan Libert, 3) de Hofacker, belend oost: Jan Libert, west: Scouten halve hoeve, 4) die Middel Brede, belend zuid: Pieter Evertsz, noord: Jan Libert, 5) de Steenacker, belend zuid: Jan Libert, noord: Pieter Evertsz, 6) de Heijacker, belend oost: de abdij, west: Jan Libert, 7) de Kolc acker, belend zuid en noord: Pieter Evertsz, 8) de Zijpell, belend oost: Jan Libert, west: Pieter Evertsz, 9) de Moracker, belend zuid: Pieter Evertsz, noord: Jan Libert; vervolgens wordt Gysbert Goert Spruutsz ermee beleend; 1443-07-05: Gysbert Spruijt Goertsz draagt alles op en vervolgens wordt Evert van Benscop heermee beleend

mannen: Jan Lijbert, Matheus Gysbertsz; 1443: Roelof van Baern, Volquin van Baern