16 resultaten
Grebber, de | 1544-03-24
Ons Voorgeslacht 02-1989 p 68
Achternamenindex
leen van de grafelijkheid: no 34) huis en erf in Alkmaar achter het stadhuis, strekkende voor op de straat, genaamd Kaksloot, belend oost: Hillegond Jan Croonen, west: Rembrecht weduwe van mr Thomas van Ardenne, 1544-03-24: Jan van Houten, burgemeester van Alkmaar, na opdracht uit eigen, waarna overdracht van de helft aan Jan de Grebber; 1552-10-02: Dirc Jansz na dode van Jan van Houten, bevestigd door de weduwe, en zal ook de andere helft erven; hier staat: Baksloot
Houten, van | 1544-03-24
Ons Voorgeslacht 02-1989 p 68
Achternamenindex
grafelijk leen: no 34) huis en erf in Alkmaar, achter het stadhuis, strekkende voor op de straat, genaamd Kaksloot, belend oost: Hillegond Jan Croonen, west: Rembrecht, weduwe van mr Thomas van Ardenne, beleend Jan van Houten, burger van Alkmaar, na opdracht uit eigen, waarna overdracht van de helft aan Jan de Grebber; 1552-10-02: Dirc Jansz, na dode van Jan van Houten, bevestigd door de weduwe, en zal ook de andere helft erven; hier staat: Baksloot; 1579-02-12: Dirc Jansz van der Put te Utrecht, draagt voor 90 Kar gld over aan Cornelis Claesz van der Laen te Alkmaar
Teylingen, van | 1586-02-03
O.R.A. Alkmaar 132 fol 181v, 182
Achternamenindex
wijlen Floris van Teylingen, vader van zijn erfgenamen de broers Cornelis en Pieter van Teylingen, mede vervangende wijlen hun broers Jacob en Augustijn, verkopen het huis en erf dat Floris het laatst bewoond heeft aan de noordzijde van de Hoegestraat over het stadhuis, op de hoek van de Hoegestraat [en de Langestraat]; onderpand een stuk land in de ban van Outkarpsel in de bedijkte Kerkmeer groot 4 morgen, genaamd Duyvensven/camp, belend noord: Cornelis Jansz van der Nyenbruch, oost: de erfgenamen van Dirck Schaep, west, zuid: de Ringsloot, en de Ruychcamp te Outkarspel, belend o.a. de erfgenamen van Bartholomeus van Teylingen en Jan Ariaensz Rycken
Put, van den | 1544-03-24
Ons Voorgeslacht 02-1989 p 68
Achternamenindex
grafelijk leen: nr 34) huis en erf in Alkmaar, achter het stadhuis, strekkend voor van de straat genaamd Kaksloot, Jan van Houten, burger van Alkmaar bij opdracht uit eigen, waarna overdracht van de helft aan Jan de Grebber; 1552-10-02: Dirc Jansz, na dode van Jan van Houten, bevestigd door de weduwe, en hij zal ook de andere helft erven (hier staat: Daksloot); 1579-02-12: Dirc Jansz van de Put te Utrecht, draagt voor 90 Kar gld over aan Cornelis Claesz van der Laen te Alkmaar: "ledig erf ten zuiden van de Baksloot", belend oost: de weduwe van Pieter Jansz Mostaert, west: de leenman
Teylingen, van | 1586-02-03
G.A. Alkmaar O.R.A. Transportregister 132 fol 181v, 182
Achternamenindex
de erfgenamen van wijlen Floris van Teylingen, nl de broers Cornelis en Pieter van Teylingen, mede vervangende de kinderen van wijlen hun broers Jacob en Augustyn, verkopen het huis en erve te Alkmaar op de hoek van de Langestraat en de Hoogstraat, over het stadhuis. Tot nakoming van de vrijwaring stellen zij een stucke lants in de banne van Outkerspel, in de bedijckte Kerckmeer, groot 4 morgen, genaempt "Duyvenscamp", noord: Cornelis Jansz van der Nyenburch, oost: de erfgenamen van Dirck Schaep, west en zuid: de Ringsloot. Nog een stuk land in de ban van Outkarspel, groot 12 geersen, genaempt die Ruijchcamp, zuid: de kinderen van Bartholomeus van Teylingen en Jan Ariaensz Rijcken, west: de kinderen van Bartholomeus van Teylingen en de erven van Floris van Teylingen gemeen, oost: de erven Dirck Schaep
Arkel, van | 1598
Ned Heraut jg 7 p 120
Achternamenindex
stierf jhr Jan van Arckel, drost van Heukelom, gehuwd met Willemina van den Oever, dochter van … en …. Steenhuis [bij Gouthoeven en Ferwerda wordt zij genaamd Tuyl, doch dit is in strijd met de stamdelen waarmede zijn zoon Roelof begraven werd. Dit wordt overigens verduidelijkt, als men het volgende aanmerkt: jhr Jans eerste vrouw Willemina, denkelijk dochter an Roelof van den oever Gerritsz, schepen van Tuijl 1539. In de ridderschap van Nymegen 1555 uit Tiel en Bommelerewaard, waardoor wsch zijn kleinzoon van Arkel Roelof genaamd werd. Jhr Johan moet een tweede vrouw gehad hebben. Althans kwam mij in het archief op het Stadhuis te Utrecht alsmede bij jhr Fabricius van Heukelom een aantekening in handen dat te Heukelom een wapenbord gehangen heeft van jhr Jans huisvrouw Maria van Hoochwoude (voerende Beyeren gevierd Holland met hartschild Poelgeest). In aanmerking nemende dat Albrecht van Hoochwoude, 1555-1586 heer van Tuyl was, kan dit 2e huwelijk aanleiding gegeven hebben dat Goudhoeven haar Tuyl noemde]