20 resultaten
Trant | 1473-02-05
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 443v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Meijns Tonisz maakt tot lijftocht voor zijn vrouw Jacob Gerijt Trantsdochter, de helft van 2 acker duysten, onderdeijlt gelegen in de Duyst, en Meijns tot erfelijke tijns houdt, belend zuid: Geryt Dircsz, noord: Jacob Nennijnc, of erfgenamen
tijnsgenoten: Garbrant uter Duijst, Volken Gerytsz
Zuilen van Nyevelt, van | 1434-08-13
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 71v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Willem oorkondt dat Steven van Nyevelt van Zulen belening verzocht en verkreeg met al het leengoed dat hij van de abdij in leen houdt
mannen: Sou van Rijn, Volken van Baern
Beer, de | 1473-03-13
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 210v, 211, 238v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Rutger de Beer Jacobsz draagt over tbv Lysbeth Andries Botsdochter, ½ van een stuk land gelegen tot Zoes, geheten Stalbrenck, belend landwaarts: Jacob Jansz, zeewaarts: Evert Jacobsz erfgenamen en Goyert Jacobsz (10-16), 1486: Goijert Jacobsz en Ruert Jacopsz erfnamen; vervolgens wordt Lysbeth ermee beleend; "filius ejus Volken. Vide infra fol 239"; 1473-10-16: Lysbeth draagt dit leen op in eeuwige erfpacht aan Rutger de Beer Jacobsz en zijn nakomelingen, elk jaar voor 6 gouden R gld; 1485-07-04: Geryt Bot Folkensz beleend als voogd van zijn zoon Folken Bot Gerytsz, na dode van diens moeder Lysbeth Andries Botdochter; "dit heeft ontfangen Cors Meijnsz in libro domini Ser (?) de nova ecclesia fol 209"
mannen: Alfer Ruysch, Gysbert Henricsz, Tyman Mouwer van Heersell; Tyman Mouwer van Heersell, Jan van Helmont; 1485: jonghe Vrederick van der Zevender, Willem van Dam Petersz
Wilde, de | 1451-10-27
Ons Voorgeslacht 07/08-1988 p 303
Achternamenindex
leen van Vianen: no 677) Lexmond 10 morgen met hofsteden op Vijfhoeven, Hendrik de Wilde Reiniersz, te komen op zijn broer Reinier, neef van de leenheer, belend beneden: Volken de Heelt; 1489: Maria dochter van Henric de Wilde, nicht van de leenheer, zoals Henric van Vianen zijn bastaarddochter gaf, evt te komen op haar broer Henric de Wilde; 1558-03-26: Franchois de bastaard van Brederode, broer van de leenheer voor zijn vrouw Hendrik de Wilde, na dode van Maria de Wilde; 1563-02-16: Hendrika de Wilde weduwe van Franchois belast het leen met 18 gld 15st, te lossen met 300 gld; 1571-05-24: Herman van de Vecht na overdracht door Hendrika de Wilde, belend beneden: Pieter Gysbertsz
Baarn, van | 1435-06-10
Berigten Hist Gen III p 112
Achternamenindex
Willem van Hoekelom, abt van St Paulus te Utrecht, beleent Wouter van Mathenesse na dode van zijn vader Adriaan met tienden tussen Scherpendrecht en Louwersloot in het kerspel van Hillegersberg
getuigen: de broers Arend en Volken van Baarn, leenmannen van de abdij
Mathenesse, van | 1435-06-10
Berigten Hist Gen III p 112
Achternamenindex
Willem van Hoekelom, abt van St Paulus te Utrecht, beleent Wouter van Mathenesse na dode van zijn vader Adriaan met tienden tussen Scherpendrecht en Louwersloot in het kerspel van Hillegersberg
getuigen: de broers Arend en Volken van Baarn, leenmannen van de abdij
Baarn, van | 1453-03-10
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 153v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Roelof van Baern wordt beleend met zijn venen te tijns en te lene in het gerecht van Zoess, achter Zoesenge in de grote en cleyne Slage, en in Hezer Veen, met alle overganc ter Vuersen wert; vervolgens draagt Roelof op 3½ hoeve veen in Heserveen, belend oost: Reynaer Lambertsz en Goedvaert Heinric Bottersz, west: Peter Hamertvelt en de erfgenamen van Aernt van Amerongen; Reynaer Lambertsz draagt op al zijn recht op ½ vierdel veen, die van Lysbeth van Wede waren in de 3½ hoeve; Roelof draagt op: - ½ hoeve veen in Hezerveen, oost: Peter Hamertvelt en Aernts erfgenamen van Amerongen, west: Peter Hamertvelt, - 8 vierdeel veen in Zoesserveen, in de cleijne slage, belend zuid: Steven van Zuylen van Nyevelt, noord: die gemeen grafte, - 3½ morgen in de cleyne slage, belend zuid: nakomelingen van Heinric van Rijn, noord: Heinric Ghysbertsz, - de helft van ½ hoeve veen in de Grote slag, waarvan Henric Godevaert Bottersz het andere deel heeft, zuid: Jacob Nenninc Petersz, noord: Jacob Scadenz; vervolgens wordt Roelof van Baern met dit alles beleend; "versocht bij Roelof zyn zoon infra fol 191 eodem libro"
Goyert de Coninck, Volken van Baern, onse mannen; Zouwe van Rijn, Jan Mouwer, onse tynsgenoten
Zuilen van Nyevelt, van | 1455-07-26
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 431v, 88v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Jacob van Poelgeest oorkondt dat Steven van Zulen van Nyevelt Willemsz belening verzocht met zijn leengoeden met ledige hand; vervolgens maakt hij tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Geertruide Goeswijnsdochter van Br [ienen ?] 5 morgen land met huising en hofstede tot Vloeten bij der kerk, belend overzijde: erfgenamen van Geryt van der Mije, nederzijde: de kerkweg van Themaet; aan zijn zoon Steven maakt hij op dit goed 100 oude gouden vrancr scilde, hem uit te reiken na de dood van zijn vader; 1459-02-28: Willem van Sulen van Nyevelt beleend na dode van zijn vader Steven van Zulen van Nyevelt Willemsz; vervolgens draagt hij dit leen over aan Bertelmeus van Sulen van Nyevelt; onder staat: "nu Henrick van Eemskerck ut in libro abbatis Wilhelmi de nova ecclesia fol 178"
mannen: Gosen van Scadewijck, Johan van den Anxter; 1459: Volken van Baern, Jan van der Anxter
Schagen, van | 1476-07-05
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 385, 322v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Clauwardi oorkondt dat heer Aelbrecht heer tot Scagen, ridder, hem opdroeg het ¼ deel van de tienden en lastgeld in Noordholland in het ambacht van Zevenhuizen, hem aangekomen van "vrouwe Johanna van Hodenpijl vrou tot Scagen, zyn vrou ende moeder", en het ¼ deel van de 3 doijts en tienden in hetzelfde ambacht, hem aangekomen bij dode van joffr. Volken van Zevenbergen; vervolgens wordt heer Albrecht er mee beleend; "quaere supra eodem libro op heren Jan van Hodenpyl ende joffr. Johan Jans wyf van Herler en van Merwijck fol 339"; "item bij joffr. Joest zijn dochter anno 1484 ende heeft ontfangen die dochter mynre vrouwen van Scagen huisvrou van Egmond. Nae joffr Jozyna heeft dat ontfangen bij transport Frans van Nyenrode"; in margine: van joffr. Joest; 1484-08-04: beleend jvr Joost heer Aelbrechtsdochter van Scagen, vrouw van Wouter van Egmond, bij dode van haar vader; "nunc Frans van Nyenrode, apud dom abb. W de novo ecclesia fol 119"
leenmannen: Geryt van Ryn, schout tot Utrecht, Alfert Ruysch; 1484: Alfer Ruysch, Johan van der Anxter
Rijn, van | 1452-07-03
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 86, 86v, fol 90v, 91
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Jacob van Poelgeest oorkondt dat Zoude van den Rijn en zijn vrouw jvr Ave hem opdroegen de leenweer van een hoeve land aan de Oude Rijn in Langeraec in het kerspel van Vlueten, belend boven: Jacob Maesz, beneden: Aernt Gerytsz wijf was van der Mije, met haar kinderen, dat Tyman de Lange toebehoorde, en na zijn dood aan zijn zuster jvr Ave gekomen is; hun neef Otte van Slingelant wordt vervolgens beleend, behalve de lijftocht van Zoude van Rijn en zijn vrouw Ave aan dit goed; 1452-07-10: Otte Slingelant draagt dit leen op, en vervolgens wordt Geryt van Rijn Soudenz met deze hoeve beleend, Geryts ouders behouden hun lijftocht; 1462-04-14: Zoude van Rijn en zijn vrouw Ave droegen dit op tbv Geryt van Rijn Zoudenz, belend boven: Geryt Ricoutsz, Dirc Maesz erfgenamen, beneden: Jacob van der Horst, en voortyts Tymon de Lange plach toe te behoren en aan jvr Ave van haar broer Tyman aanbestorven was; "nu Heinrick van Duven per resignationem"; 1464: jvr Ave, weduwe van Zoude van Rijn draagt dit goed over aan hun zoon Geryt van den Rijn, die het tot lijftocht voor zijn vrouw Janna Jansdochter van Nijenrode maakt (fol 91)
mannen: Goeswijn van Scadijc, Henric Zael; 1462: Eerst van Drakenborch, Geryt Zoudenbalch, Goesen van Voerde, Volken van Baern, Jan van der Anster, Evert van Scadie; 1464: Goossen van den Voorde, Jan van der Anxster