20923 resultaten
Herlaer, van | 1348~ (1345-1351)
Van Mieris II p 759/Matthaeus Chron Egm p 222, 223
Achternamenindex
twist over de tienden van Cole, Boekelsdyc en Bloemertsdyc met de abt van Egmond, die beweerde dat deze tienden als een recht leen aan hem vervallen waren bij de dood van de vrouwe van Rotterdam heer Dirk Boekelsdochter. Zij huwde met heer Simon van Teylinge die belening verzocht aan abt Hugo Mensenz (1326-1345); "daerna doe Haer Symon doot bleef, versochte sijn wijf die tiende, daer veel goede luden over waren, voor Haer Willaem van Rolland, die doe abt was, dies hij haer niet doen en woude"; "Daerna na sij Haer Gerrid van Harlaer te manne, die t oock mede aen Haer Willem van Rolland versochte" zonder resultaat; "Doe seyde Haer Gerrid van Harlaer dat elck man nam, dat hem besciten mochte. Daerna en versocht sij dat goet niet, also langhe alse levede, maer bleef daer in sitten met gewelt.... etc"
Duyn, van der | 1468-07-24
Coll Aanw 240 fol 986, 1003, 1019v, 1073v
Achternamenindex
Daem van der Duyn gedaagde door de jvr van Hardinxvelt en haar zoon Aernt; 1468-07-27: Daem van der Duijn zou de veerstede te Hardincsvelt in bezit genomen hebben; 1468-07-28: Aernt de Juede contra Daem van der Duijn (1468-08-11)
Duvel | 1363-1364
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Claes Duvel: afterstal van 1362 van Burhem (Vronen) 19sc 9d (811 fol 2v); 1359-1360 (807 fol 9v), 1360-1361 (808 fol 16v), 1361-1362 (809 fol 12v), 1362-1363 (810 fol 7v): land te Vronen 5 £ 6sc 7d; 1366-1367: (812 fol 3v, 11, 16) Claes Duvels wijf, afterstal van 1362, 6sc, land te Vronen 5£ 6sc 2d 2x
Dyvel | 1337-1340
Grafelijk Rek I p 264
Achternamenindex
afterstallen van de smaltienden in Amstelland, te Muden: Jan Dyvel en Melis 56sc 4d; van de tins in Amstelland, in Muden: 3 £ 7sc 6d; van de corentiende in Amstelland, van de oostzijde van Muden: Claes Lepelaer, van de westzijde: Volmer Jansz en Daem Ghenenz 3£, in Keveren: Gerrit Wilding 6£, in Muderveen: Lambrecht Aerntsz 16sc
Dyvel | 1337-1340
Grafelijk Rek I p 268
Achternamenindex
afterstallen van de marcttollen te Muden 20sc; 1342-1343: afterstallen van 1341 te Muden: Dirc Jacobsz van sire misdaet 5 £ 19sc 4d; innemen baljuwschap in Muden: Dirc Rolle, van lanttughe 8sc, Jan Dyvel van wantalen 6sc 8d, Jan Dyer van vechten 6sc, Gheret Alidez, van vechten 5sc 10d
Delf | 1311-02-05
Cartul Marienweerd no 137
Achternamenindex
Rodolphus dictus Delf de Driel verkoopt voor 100 £: - land, Ghere genoemd, te Afterdike, tussen Jacobus de Veltdriel en tussen land geheten Dijparc; - 7 jugera boven Pulssteghe te Driel tussen Gerardus Beyer en Wilhelmus Pinacker aan Henricus Fey junior de Bomel; tegen betaling van 4£ per jaar krijgt hij het land weer in erfpacht
borgen: Nicholaus Moront en Alardus zoon van Gerardus Loy de Driele; schepenen in Santbomel: Johannes Weryn en Petrus Moliart
Sobbe | 1368
De Raadt II p 424
Achternamenindex
Engelbrecht van der Marke zegelt voor Englebert Sobbe een quittance voor 200 vieux écus, revenus de cinq années, dus par le duc de Luxembourg du chef des tonlieux de Rolduc et de Maestricht
Zaemslach, van | 1330
De Raadt III p 294/Chap Notre Dame, à Courtrai; CCB Acquits de Lille 1.42
Achternamenindex
Philippe van Zaemschlacht, chevalier; 1431-1435: Jehan de Saemslach donne au bailli de Bruges des quittances relatives aux gages de Denis del Porte, chapelain du duc de Bourgogne, dans son hotel à Bruges
Zaenden, van | 1404-03-11
G.A. Alkmaar Klooster Oude Hof no 15 (in dorso no 4)/naar Vangassen no 255 p 134
Achternamenindex
Claes van Saenden Willemsz erkent dat "den baghinen den eyghendom toebehoirt van der muere en van den erve daer die muer op staet die strect twischen den baghynhove ende der hofstede die hair Gheryt van Delf zijn broeder ruemede metter doot mar dat die timmering die hair Gheryt op ter muer hadde doen timmeren sal blijven staen ende dat men in der tymmering gheen op en vensteren houden en sal thegen den baghynhove"
Egmond, van | 1379-09-12
Reg Rotterdam en Schieland no 1020
Achternamenindex
Gysbert Jans van Vorenbroeck draagt aan Arent van Egmond op 5 ½ morgen land in het ambacht van Cralinghe, in een weer land, gemeen met Oudtzier van Cralinge en Damas Claesz [Daem van der Duyn ?], strekkende van de Merwede tot de Cralingewech toe; belend oost: Oedzier van Cralinge, west: Daem van der Duyn (1360), en wordt er vervolgens mee beleend; 1410: Katryn Voppen, daarna haar zoon Voppe die seijer