22414 resultaten
Dele | 1410~
Leenregister Culemborg fol 29v
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - Claes Delenz 4 hont land gelegen ter Weijde ten man goede; heergewade ½ jaar rente
Dole | 1419-11-17
Leenregister Culemborg fol 86v
Achternamenindex
Hubert heer te Kulenborg ter Lecke en te Eckoye beleent Kerstant Roelenz met zijn lenen o.a. 11 morgen in het ambacht van der Weteringe [Wateringen] strekkende noordwaarts aan de banweg, zuidwaarts aan de banwetering geheten die Zweet, belend boven: Kerstant Roelenz, beneden: Jan Dolenz
Duyn, van der | 1468-07-24
Coll Aanw 240 fol 986, 1003, 1019v, 1073v
Achternamenindex
Daem van der Duyn gedaagde door de jvr van Hardinxvelt en haar zoon Aernt; 1468-07-27: Daem van der Duijn zou de veerstede te Hardincsvelt in bezit genomen hebben; 1468-07-28: Aernt de Juede contra Daem van der Duijn (1468-08-11)
Wyffliet, van | 1374
De Raadt IV p 65
Achternamenindex
leen van Philippe [?] van Tudekem: "drie dachwant lants liggende bynnen den byvange van Tuydekem ende den wijndt van eenre wintmoelen op een halff buender eygens, dat driessch is, dair die voorscreven wintmoelen opgestaen heeft, liggende tusschen die erven wijlen Petes Wyfflet aen deen zyde, ende wijlen Jans van der Borch erve, aen dandere, streckende mitten eenen eynde aan die heerstrate van Wezemale te Herent weert gaende"
Egmond, van | 1269-1272~
J Hof: Egmond p 62/Batavia Illustrata bl 1208
Achternamenindex
Hendrik, abt van Egmond. Hij zou afstand gedaan hebben en in 1402 gestorven zjn. Deze Hendrik zou een oom geweest zijn van de latere abt Dirc Schrevel en "dus" eveneens uit het geslacht van Egmond [niet bij Dek!]. Uyt Egmont gesproten (Anth Hovaeus) 1270: Bertolt gezegd Spiering, canonic van het hoogste college te Utrecht, heeft brieven van dit college aan de paus gebracht
Duin | 1582-12-12
Ms van Benthem III p 657
Achternamenindex
vogelkooi in Wijkerbroek [Beverwijk]: vroegen de regenten van het St Elisabethsgasthuis te Haarlem aan de prins van Oranje, die toen te Antwerpen vertoefde, vergunning om als schadevergoeding door hen geleden tijdens het beleg van Haarlem, ongeveer 30 morgen slijk en ondiep water in de Wycker- en Assendelver meeren tot rietland of vogelkooi te mogen maken zoals dit het beste voorkwam. Ouden van dagen herinneren zich nog dat in de Wykerbroekpolder, waar de vogelkooi werd opgericht en waarvan de sporen nog zijn te herkennen, vroeger vele eenden werden gevangen. De laatste kooier daar was Jan Duin, wonende op het Hofland onder Beverwijk
Beverwijk
Duvel | 1363-1364
Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex
Claes Duvel: afterstal van 1362 van Burhem (Vronen) 19sc 9d (811 fol 2v); 1359-1360 (807 fol 9v), 1360-1361 (808 fol 16v), 1361-1362 (809 fol 12v), 1362-1363 (810 fol 7v): land te Vronen 5 £ 6sc 7d; 1366-1367: (812 fol 3v, 11, 16) Claes Duvels wijf, afterstal van 1362, 6sc, land te Vronen 5£ 6sc 2d 2x
Dyvel | 1337-1340
Grafelijk Rek I p 264
Achternamenindex
afterstallen van de smaltienden in Amstelland, te Muden: Jan Dyvel en Melis 56sc 4d; van de tins in Amstelland, in Muden: 3 £ 7sc 6d; van de corentiende in Amstelland, van de oostzijde van Muden: Claes Lepelaer, van de westzijde: Volmer Jansz en Daem Ghenenz 3£, in Keveren: Gerrit Wilding 6£, in Muderveen: Lambrecht Aerntsz 16sc
Dyvel | 1337-1340
Grafelijk Rek I p 268
Achternamenindex
afterstallen van de marcttollen te Muden 20sc; 1342-1343: afterstallen van 1341 te Muden: Dirc Jacobsz van sire misdaet 5 £ 19sc 4d; innemen baljuwschap in Muden: Dirc Rolle, van lanttughe 8sc, Jan Dyvel van wantalen 6sc 8d, Jan Dyer van vechten 6sc, Gheret Alidez, van vechten 5sc 10d
Delf | 1311-02-05
Cartul Marienweerd no 137
Achternamenindex
Rodolphus dictus Delf de Driel verkoopt voor 100 £: - land, Ghere genoemd, te Afterdike, tussen Jacobus de Veltdriel en tussen land geheten Dijparc; - 7 jugera boven Pulssteghe te Driel tussen Gerardus Beyer en Wilhelmus Pinacker aan Henricus Fey junior de Bomel; tegen betaling van 4£ per jaar krijgt hij het land weer in erfpacht
borgen: Nicholaus Moront en Alardus zoon van Gerardus Loy de Driele; schepenen in Santbomel: Johannes Weryn en Petrus Moliart