64 resultaten
Oostrum, van | 1487-09-14
Ons Voorgeslacht 07-1988 p 314, 281
Achternamenindex
leen van Vianen: no 636) Lexmond, 14 morgen in Achthoven, belend boven: het gasthuis van Vianen, beneden: Herman van Oostrum, Allard van de Wale bij opdracht uit eigen in ruil voor no 691), te komen op zijn dochter Elisabeth bij zijn vrouw Fie van Everdingen; 1536-08-22: Dirc van Oostrum x Johanna van de Wale, eventueel te komen op haar neef Cornelis van Raaphorst Gerritsz; 1557-04-03: Johanna van de Wale x Dirc van Oostrum, te komen op Elisabeth dochter van Cornelis van Raaphorst, haar nicht of Willem van Palats of op Antonia dochter van Floris van Palats
Oostrum, van | 1562-01-12
Ons Voorgeslacht 07-1988 p 276
Achternamenindex
leen van Vianen: no 626) lexmond, een waard genaamd Voornswaard, naast Berwaerde, tussen de Vrezen en Leyndinge, zijn de bruikers: Cornelis Florisz, Gysbert van Oostrum, Bernard Anthonisz, Bastiaen Hermansz, Claes Neck Jacobs, Robert Pietersz, leenman: mr Pelgrim van Loon
Oostrum, van | 1329-11-15
Berkelbach van de Sprenkel: Regesten Bisschoppen Utrecht p 345 regest 889
Achternamenindex
de bisschop verklaart dat de hoeve Scoutenhove, gelegen tussen de Vecht en de hoeve Vrihove (toebehorend aan het klooster St Stepahnus te Oudwijc), vrij is van leenplicht; de bisschop meende dat de hoeve leenroerig was aan het Sticht, doch volgens de abdis van Oudwyc door bisschop Guido in eigendom was gegeven, in ruil voor een hoeve in het ambacht Goye, toen bewoond door Claes van Oostrum en nu door diens zoon Claas, en door het convent gekocht van Johannes, zoon van heer Frederic, vroeger schout van Utrecht; de bisschop verklaart dat alle geschillen tussen hem en het convent hiermee zijn opgelost
Oostrum, van | 1485-07-19
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 307
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Dirc van Oestrum draagt op dat oude erve tot Scherpenzeell en het getimmerte daarop, behalve het bos, zoals Willem Lambertsz vroeger gebruikte en Deuke van Eck en zijn voorvaders van de abdij te tinse gehouden hebben, belend oost: Jan Ottenz nacomelingen myt Berchorst en Roedewinckel, west: Ott van Scherpenzeel met den dorpe van Scherpenzeel ende mit puesse [?], noord: Ott van Scherpenzeel met zijn bos, zuid: jonge Egbert de Beer met Wijminclaer; vervolgens ontvangt Egbert de Beer dit goed tot erftijns, op 2 oude berchsche groten per jaar, tebetalen in onze uthoff te Heyligenberch
tijnsgenoten: Rutger Scaell, Beernt Scaij
Oostrum, van | 1459-11-03
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 435v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Dirc van Oestrum maakt tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Hadewich Jan de Boelendochter: 1) 4 dachmaet land in den kerspel van Zoes, lantwaarts: Gerijt Lambertz, Ghijsbert Hermansz en Jacob Willemsz onderdeylt, zeewaarts: Gherijt Rutgersz en zijn broer Dirck, onderdeylt, 2) een camp land streckende van den Brinck an Wouter Willemsz maet toe, dat van Steven was, lantwaarts: Rose Lambert Wouter Mutschenzdochter, zeewaarts: Henric Lambert Vierlinxz kinderen, 3) een hofstede met engeland, van de Brinck streckende an den Overwech, lantwaarts: Jacob van den Doem, zeewaarts: Ghysbert Scael, 4) de Gheer, zeewaarts: Jacob Heijn Zwagersz, lantwaarts: Ghysbert van Hagenouwen, 5) dat waterstuck, zeewaarts: Ghysbert Hermansz, lantwaarts: Wouter Mattenz, 6) den Bramert, zeewaarts: Ghysbert Hermansz, landwaarts: Jacob van den Doem, 7) ½ mud land, zeewaarts: Ghysbert Scael, landwaarts: de heren van Oudmunster, 8) een schepel land, zeewaarts: Ghijsbert Hilhorst, landwaarts: Jacob van den Doem, 9) een vierdeel veen, zeewaarts: Henric Noten erfgenamen, landwaarts: Jacob van den Doem
mannen: Gysbert Heinricsz, Rutger de Beer Jacobsz
Oostrum, van | 1467-07-08
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 438
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Dirc van Oestrum maakt tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Hadewich Jan de Boelendochter: 2 van de alrebeste morgen veen die hij heeft liggen in zijn veen tot Zoes, die hij van de abdij in leen heeft
mannen: Frederic van Drakenborch, Alfer Ruijsch
Oostrum, van | 1468-06-01
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 183v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Dirc van Oestrum draagt op: 1) 4 morgen veen onderdeylt gelegen in de Zoesscher Venen, waarvan Willam van Doem vroeger de helft aan Dirc overgedragen had, en de andere helft door de broers Claes Meusz en Geryt Meusz overgedragen zijn, belend zonnewaarts: Lambert Pijl, zeewaarts: Dirc van Oestrum, 2) een viertel veen in het kerspel van Zoes, zeewaarts: Henric Noten erfgenamen, landwaarts: Jacob van Doem, zoals Dircs vader Claes van Oostrum in leen hield; vervolgens wordt Dirc van Oestrum met deze 8 morgen land beleend, na zijn dood te komen op zijn zoons Jan en Willam, die hij heeft bij zijn vrouw jvr Haze Jan de Boelendochter, behalve haar lijftocht, met voorwaarden voor zijn oudste zoon Claes, die zijn broers Jan en Willem 1500 Beyers gld moet betalen waarmee zij de 8 morgen kunnen lossen, of de helft voor 750 gld; na de dood van Dirc van Oestrum en zijn zoon Jan: "Willem van Oestrum, sijn soen, heeft dit ontfangen, vide in libro abb de Stege fol 4"
mannen: Alfer Ruijsch, Tyman Mouwer van Heersell
Oostrum, van | 1474-02-01
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 446
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Dirc van Oostrum maakt tot lijftocht voor Jutte Geryt de Boelendochter [de Bole] 10 gouden cronen zolang zij leeft, uit alle goederen die hij in Eemlandt van de abdij in leen houdt; zijn vrouw jvr Hadewich doet afstand van haar lijftocht op dit goed, onder voorwaarde dat deze 10 cronen anders waer belegd zullen worden "waar Zweer van Deenmark en Alfer Ruysch dat zullen wijzen"
mannen: Alfer Ruysch, Tyman Mouwer van Heersell