3845 resultaten

Duyne, van | 1668

Wapenheraut jg I p 108, II p 180
Achternamenindex

lid van het St Jorisgilde te Harderwijk: Steven van Duyne; Cornelis Luyts x … van Duynen, dochter Marritje Cornelisdochter Luyts gezegd van Duynen x Frederik van Banchem

Witte, (de) | 1315

Van Mieris II p 140
Achternamenindex

"also dat om dese vryheden te hebben die voorsz luyden onse dycken sullen besorgen, alsoo dat di van Werckendam ende die van Houweningen den dyck, die hoort toe tot Geert die Witten lande, ende een deel van 't slijck, dat hem aencoemt, ende die bij Giessenmonde den dijk bij Robbertshouve met een deel van 't slijck die hem aencoemt"

Sandhorst, van | 1437-12-14

Inv Arch Medemblik 1915 regest 42
Achternamenindex

Dirc van Santhorst treft een overeenkomst met zijn neef Jan van der Mye en Jacob heer Jansz over zeker uiterdijks land gelegen vóór het kasteel van Medemblik, in het bezit van eerstgenoemde en reeds ten dele (voor 44 morgen) door laatstgenoemde bedijkt. Dirk houdt aan zich de tienden van al het bedijkte land, de hoge en lage heerlijkheid en het dijkgraafschap en bepaalt dat het overgeblevene van de uiterdijk vóór 5 augustus eerstkomend bedijkt moet zijn en dat van al het bedijkte land ⅕ deel hem zal toebehoren, geheel vrij van dijks-, sluis- en andere lasten

zegels van Dirck van Sandhorst en Jan van der Mye

Mije, van der | 1437-12-14

Inv Arch Medemblik 1915 regest 42
Achternamenindex

Dirc van Santhorst treft een overeenkomst met zijn neef Jan van der Mye en Jacob heer Jansz over zeker uiterdijks land gelegen vóór het kasteel van Medemblik, in het bezit van eerstgenoemde en reeds ten dele (voor 44 morgen) door laatstgenoemde bedijkt. Dirk houdt aan zich de tienden van al het bedijkte land, de hoge en lage heerlijkheid en het dijkgraafschap en bepaalt dat het overgeblevene van de uiterdijk vóór 5 augustus eerstkomend bedijkt moet zijn en dat van al het bedijkte land ⅕ deel hem zal toebehoren, geheel vrij van dijks-, sluis- en andere lasten

zegels van Dirck van Sandhorst en Jan van der Mye

Duyn | 1520

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 302, 302/2
Achternamenindex

Marten Adriaensz Duyn, klerk en ontvanger van de waterpenningen in de Oostwatering (op Walcheren); 1520-02-17: hij heet Marten Adriaen Pier Duynsz, hij is zoon van de dijkgraaf

Doys | 1392

De Raadt I p 388/Arnhem Rekenkamer no 447
Achternamenindex

Willem Deus, bastaardzoon van Henric Deus, zal niets ondernemen tegen Gelre. D'après Gelre: Steven Doys, vassal du Duc de Gueldre

Doys | 1592-11-22

Arch Marquette no 565/Arch Limburg Styrum
Achternamenindex

straatschepenen van de Bisschopsstrate binnen de stad Deventer oorkonden dat Derick Doys heeft aangetoond dat hij de rechtmatige eigenaar was geworden van die hof van zijn broeder Peter Doys, deecken, gelegen voor de Brinckpoerte aan de Steenstraete, en dat hij daarom volgens stadsrechte deze hof wilde verkoopen, waarna Derick Doys bij publieke verkoop eigenaar is geworden van dezen hof, gelegen tussen Willem coster ter ener en zelige Reyner Hendriksen roedendrager ter andere zijde

Johan Heyinck iplv Diederick Sticke en Herman Goessens, straatschepenen

Doys | 1594-04-09

Arch Marquette no 561/Arch Limburg Styrum
Achternamenindex

Dyderick van Wytenhorst, praebst en archdiaken van de St Lebuinuskercke te Deventer, Praebst te Elst en domheer te Utrecht, beleent Derck Doys met het goed genaamd "de Maetacker" in het kerspel van Wolde, hetwelk hem door zijn vader wijlen Geerlich Doys bij zijn huwelijk gegeven was, blijkens de ratificatie voor Johan van Visbeke als vicarius, en de belening voor Aegidio de Monte, bisschop en Praebst te Deventer gepasseerd

Doys | 1592-09-06

Arch Marquette no ...Arch Limburg Styrum
Achternamenindex

Joachim van Splijtloef, Henrick van Holthe, Gerrydt Doeys en Derrijck Licleffen (?), maken de huwelijkse voorwaarden op voor Gerlich Doys en joffer Herbertt Splyteloffs, weduwe van Splinter Helmich, met opsomming van goederen en renten

Doys | 1276-03-08 (1275)

Lacomblet 2 no 690 (onvolledig)/Sloet OB Gelre 2 no 963
Achternamenindex

Ritter Wilhelm genaamd Dous oorkondt dat hij zijn burcht bij Pannerden (domum sive munitionem meam apud pannerden genaamd Seathe) in leen houdt van de graaf van Cleve als diens open huis; heeft de graaf moeilijkheden met de graaf van Gelre of met Wilhelm, bloedverwanten, dan zal Willem zijn burcht tijdelijk ontruimen. [Noot: de zoon van Wilhelm genaamd Dous en zijn nakomelingen noemden zich heren van Byland]