21215 resultaten

Duin | 1582-12-12

Ms van Benthem III p 657
Achternamenindex

vogelkooi in Wijkerbroek [Beverwijk]: vroegen de regenten van het St Elisabethsgasthuis te Haarlem aan de prins van Oranje, die toen te Antwerpen vertoefde, vergunning om als schadevergoeding door hen geleden tijdens het beleg van Haarlem, ongeveer 30 morgen slijk en ondiep water in de Wycker- en Assendelver meeren tot rietland of vogelkooi te mogen maken zoals dit het beste voorkwam. Ouden van dagen herinneren zich nog dat in de Wykerbroekpolder, waar de vogelkooi werd opgericht en waarvan de sporen nog zijn te herkennen, vroeger vele eenden werden gevangen. De laatste kooier daar was Jan Duin, wonende op het Hofland onder Beverwijk

Beverwijk

Duvel | 1363-1364

Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex

Claes Duvel: afterstal van 1362 van Burhem (Vronen) 19sc 9d (811 fol 2v); 1359-1360 (807 fol 9v), 1360-1361 (808 fol 16v), 1361-1362 (809 fol 12v), 1362-1363 (810 fol 7v): land te Vronen 5 £ 6sc 7d; 1366-1367: (812 fol 3v, 11, 16) Claes Duvels wijf, afterstal van 1362, 6sc, land te Vronen 5£ 6sc 2d 2x

Dyvel | 1337-1340

Grafelijk Rek I p 264
Achternamenindex

afterstallen van de smaltienden in Amstelland, te Muden: Jan Dyvel en Melis 56sc 4d; van de tins in Amstelland, in Muden: 3 £ 7sc 6d; van de corentiende in Amstelland, van de oostzijde van Muden: Claes Lepelaer, van de westzijde: Volmer Jansz en Daem Ghenenz 3£, in Keveren: Gerrit Wilding 6£, in Muderveen: Lambrecht Aerntsz 16sc

Dyvel | 1337-1340

Grafelijk Rek I p 268
Achternamenindex

afterstallen van de marcttollen te Muden 20sc; 1342-1343: afterstallen van 1341 te Muden: Dirc Jacobsz van sire misdaet 5 £ 19sc 4d; innemen baljuwschap in Muden: Dirc Rolle, van lanttughe 8sc, Jan Dyvel van wantalen 6sc 8d, Jan Dyer van vechten 6sc, Gheret Alidez, van vechten 5sc 10d

Dove | 1251-01-20 (1250)

v.d. Bergh I no 535
Achternamenindex

Symon miles de Harlem beleent Jacobus de Hilckebroeke, oppidanus in Harlem met het land dat Theodericus filius domini Allaerdi Dove dicti quondam possidet. Datum apud Harlem, vgl 1331-04-01

Haarlem

Duvenvoorde, van | 1291-07-16

v.d. Bergh II no 779
Achternamenindex

Beatrys gravin van Holland, Ghisebrecht van Amestel, Willaem van Egmonde, ridder, en Philips van Duvenvorde baljuw in Kennemaerlant oorkonden dat "de Kenemaren ende die Vriesen hebben ontfaen van den abbet van Egmonde ende van den menen convent, al dat land dat si hadden te Scaghen metten dike die daer toe behoert in deze manieren, dat si ende hare nacomelingen ewelike dien dyc delien sullen met tien lande"

Egmond, van | 1291-07-16

v.d. Bergh II no 779; De Raadt I p 414
Achternamenindex

Beatrys gravin van Holland, Ghisebrecht van Amestel, Willaem van Egmonde, ridder, en Philips van Duvenvorde, baljuw in Kennemaerland oorkonden dat de "Kenemaren ende die Vriesen hebben ontfaen van den abbet van Egmonde ende van den menen convent, al dat land dat si hadden te Scaghen metten dike die daer toe behoert in deze manieren, dat si ende hare nacomelingen ewelike dien dyc delien sullen met tien lande"

Amstel, van | 1291-07-16

v.d. Bergh II no 779
Achternamenindex

Beatrys gravin van Holland, Ghisebrecht van Amestel, Willaem van Egmonde, ridder, en Philips van Duvenvorde baljuw in Kennemaerlant oorkonden dat de Kenemaren en die Vriesen hebben ontvangen van den abt van Egmonde en van het convent, "al dat land dat si hadden te Scaghen metten dike die daer toe behoert in deze manieren, dat si ende hare nacomelingen ewelike dien dyc delien sullen met tien lande"

Haerlem, van | 1288-08-16

v.d. Bergh II no 641
Achternamenindex

graaf Floris V maakt met Diederic van Breedderode, baljuw van Kenemerland met Willem van Harlem enige bepalingen over de dijk tussen Outgotskoghe en Limmen, "bi der heemrader eyt ende met al den recht dat recht es. Voirt so sel diken al dat erve dat desen voirseyden dijc plach te diken met dien van Limmen in haren dyc twisken Heyligheloe ende Boekel"

Brederode, van | 1288-08-16

v.d. Bergh II no 641
Achternamenindex

graaf Floris V maakt met Diederic van Breedderode, baljuw van Kenemerland met Willem van Harlem enige bepalingen over de dijk tussen Outgotskoghe en Limmen, "bi der heemrader eyt ende met al den recht dat recht es. Voirt so sel diken al dat erve dat desen voirseyden dijc plach te diken met dien van Limmen in haren dyc twisken Heyligheloe ende Boekel"