28643 resultaten

Saij | 1422-09-20

Memoriale XIII fol 44
Achternamenindex

heer Hendrik van Wassenaer en Willem van Dorp beloven dat zij Dirc Say Goeswynsz leveren zullen morgen over 8 dagen, te weten op 28 september, in de Voorpoort in den Hage [Dirc Say van der Lee Goeswynsz was baljuw van Schiedam geworden bij beveling van 1409-04-30, en is dit blijkbaar gebleven tot 1419-12-24 toen Goeswyn Michielsz commissie kreeg. Vermoedelijk heeft Dirc Saij zich aan ambtsmisdrijven schuldig gemaakt]; 1422-10-03: Bertout Say en Willem van den Dorpe beloven Dirc Say over 8 dagen, in allen schyn als hij daar geweest is, op een boete van 3000 cronen; 1422-10-24: Dirc Say moet aan de thesaurier 600 Wilh scilden betalen. Borgen: heer Henric van Wassenaer, Daniel van Cralingen, Bertout Say en Willem van Dorp. Beide eerstgenoemden beloven dat Dirc Say zal blijven in Pelgrims huys 6 dagen lang

Cuyk, van | 1343-11-11

Van Mieris II p 680
Achternamenindex

"Ic oorconde ende tughe ver Hasetiaen vrouwe van Raephorst, als dat die Borchgrave Dirc ende ver Justine Haren Hughen des Gouwersdochter rechte eerste lid waren als in maechschap, bij deser redenen als hierna beschreven staet: want heren Dirc die Borchgrave van Leyden een broeder was te Kuucq, die [nl heer Dirk] des Borchgraven Dircx die leste was sijn oudevader was [dwz deze 1e heer Dirk was grootvader van heer Dirk die nu pas overleden was]. Ende heren Hughe van Heenvliet, dat hi deser ver Justinen oudevader was. Ende dat die Borchgrave Dirc die broeder was te Kuucq ende Haren Hughe van Heenvliet waren suster kynder ende broeder" [dwz kinderen van een zuster en een broer, dus volle neven]

Herlaer, van | 1350

De Raadt II p 70
Achternamenindex

Thierry van Herlaer seigneur van der Ameyde, hulper van de hertog van Brabant, "in dien verloghe dat hi nu heeft jeghens den bisscop ende dier stat van Utrecht"

Bitter | 1395

De Raadt III p 210/Düss Clèves Mark no 660
Achternamenindex

Lubbert van Rechede, dit de Bitere, n'élèvera plus de prétentions envers le comte Thierry de la Mark, du chef des lettres des comtes Adolphe et Englebert en faveur de Henri Vrydage van Pevelingen, et renonce à ses droits an dem hove to Lindenhorst, met zijn wapen. 1405: Lubbert van Rechede, dit die Byeter, vend au comte de Clèves et de la Mark son alleu Oevelhudenguet, paroisse de Seprade [Seppenrade] in deir buirschap tot Eicholt

Rechede, van | 1395

De Raadt III p 210/Düss Clèves Mark no 660
Achternamenindex

Lubbert van Rechede, dit de Bitere, n'élèvera plus de prétentions envers le comte Thierry de la Mark, du chef des lettres des comtes Adolphe et Englebert en faveur de Henri Vrydage van Pevelingen, et renonce à ses droits an dem hove to Lindenhorst, met zijn wapen. 1405: Lubbert van Rechede, dit die Byeter, vend au comte de Clèves et de la Mark son alleu Oevelhudenguet, paroisse de Seprade [Seppenrade] in deir buirschap tot Eicholt

Woude, van den | 1381-02-15

Van Mieris III p 366, 367
Achternamenindex

hertog Albrecht doet uitspraak over de doodslagen te Haarlem: - van Claas Mathysz quetsinge 12 £, dit sullen ghelden Roelof Bertoutsz van den Woude, Albrecht Gerrit Bertoutsz en Bertout de Coster, elk voor een derde; - quetsinge van Dirx van den Woude "sullen Ysebrant van Sparrewoude ende Heynric Pontiaen maken een beloken hant, ende zweren ten heyligen dat si hem ende sinen maghen daermede ghebetert hebben met dien dat si daer in brengen sullen ende oflaten; want si int openbaer niet bedreghen en zijn"

Haarlem

Diest, van | 1295, 1296

De Fremery no 304/309
Achternamenindex

uitspraak over het eigendomsrecht van gronden, tienden en rechten: 11) in Ghisebrecht Bokels ambacht en Outgiers heer Outgiers filius te Rotterdam, van de uterdijk den grave toe; 12) "Voert, Bokelsdyc en Bloemersdye vinden wi dat die here van Diest vercoft van mijns here des coninx weghe, dair bevinden wi den eyghendom van dien lande den luden diet coften ende t gerecht den grave"

Heukelom, van | 1297

R.A.H. Coll Aanw 62 fol 21
Achternamenindex

anno 1297 hadde grave Jan oorloge tegen bisschop Willem so dat die grave dede eyschen Gysebrecht van Yselsteyn Aerntsz dat huys van Yselsteyne also syn op en slot ende aen te leggen den bisschop uijt te oorlogen, twelk Gysbrecht weygerde, Ende hij was op dier tyt maarschalck des bisschops . Doed dede grave Jan dat huijs met groter magt en besitten ende lag daarvoor een jaar en 13 wegen. Bisschop en stad verleende hem geen steun. Zelf werd hij door heer Huybrecht gevangen genomen. Zijn vrouw Baert was nog op het huis en bedong vrije aftocht met de helft van degenen die op het slot waren, 16 personen waren er op het slot. In het meelhuys te Dordrecht werd het lot geworpen, 6 werden er toen onthalsd en 6 vrijgelaten. Ende voer (en) dese met haar tot Hoeckelom. Dus bleef Gysebrecht van Ysselsteyn ontgoet ende onterft van der heerlickhede van Ysselsteyn bij 7 jaren, totdat hij t weder gecreeg met heijlic, of hij hadde daar eweliker of onterft gebleven [zijn zoon Arnoud huwede de dochter van bisschop Guy]

Dalem, van | 1462-04-22 -1462-09-30

Rek Rentmeester van het land van Arkel no 2189 fol 9v
Achternamenindex

rentmeestersrekening Arkel over de goederen van Heukelom: "buyten dycx, den weert voir die westpoirte tot Heuekelem over die Lyngen, houdende 3 mergen, cochte voirtijts in den jare 1437 Andries van Dalem jegen den voirs jonchere van Heukelom, ende heeft dien naderhand vercocht Jan Dyerhout, ende Jan Dyerehout voirt den zusteren van St Agnieten tot Gorinchem, die dairaf gebruyken als van hueren eygen, daervan hier niet"

Keppel, van | 1404, 1418

De Raadt II p 200/Düss Clèves Mark no 633/Arnhem Rekenkamer
Achternamenindex

Gauthier van Keppel prend un amodiation héréditaire du comte de Cleves etc "sijn guet gelegen in Lijmersch, achter deir meyr an deir lantwere toe Nyengraeve" (Nieuwgraaf); 1418: Dirc van Keppel van Verwolde, écuyer, scelle le traité des nobles et des villes de la Gueldre, idem Herman en Dirc van Keppel