44 resultaten

Cloeting | 1355-10-26

A.R.A. Leenkamer 32 copie fol 119v, 120v/Reg EL 25 fol 77, 47
Achternamenindex

een capelrie in der kerke in den Haghe: een hofkapel gesticht door Wilhelmus de Bavaria, comes Hollandiae voor zijn zieleheil en dat van zijn vrouw en voorgangers; hij bestemt hiervoor 20 £ Holl uit te reiken door de rentmeester van Noord-Holland. Hij draagt deze kapel over aan Nicolaus filius Jacobi de Cloetinge, clericus; datum in Haerlem. Volgt een aantekening: "item enen brief bezegeld Jan Appertijt van 400 schilden"

Delft, van | 1386-04-27

Ons Voorgeslacht 02-1985 p 46
Achternamenindex

leen van Bloys: no 120) 4 morgen te Wateringen bij de kerk, belend noord en west: Pieter Omloop met land van een capelrie, oost: de kerk van Wateringen, zuid: een watering genaamd de Vliet, Gerrit van Delf bij opdracht aan Dirc die Bloot; 1390-03-21: Bertrade Gerrit Bloten weduwe; 1391-01-06: Aleid, dochter van Jan van Poelgeest, krijgt ten eigen na dode van Gerrit van Delft

Tetrode, van | 1476

Renteboek St Bavo Haarlem 1476 fol 58-84 [!]
Achternamenindex

afwikkeling van de boedel van Hughe van Tetrode, in leven tollenaer te Sparendam voor de stad Haarlem, Sweer Ghantsyn Block, nu tollenaar aldaar (fol 58) ; Hughe van Tetrode was in zijn leven rentmeester van een capellanie in Tetrode en moet daarvan nog ontvangen 5£ 16sc 10½d [?]; 1478: (fol 74) Albert Outgersz is resterend van zekere pacht van de capelrie in Tetrode 15st; Bouden Claesz van gelyke lant 15st

Woester | 1395-04-15

Inv Arch Kerkvoogdij St Bavo Haarlem no 225, regest 45, 46
Achternamenindex

hertog Albrecht vergunt aan heer Symon Woester, priester, een capelrie te maken en te doteren in de parochiekerk tot Haerlem op wat altaer dat hi verkiezen mag. Hij vergunt hem deze capelrie zelf te behouden of aan een ander over te dragen, gegeven tot Haerlem (vgl 1395-04-16); 1395-06-12: Symon Woester fundeert een vicarie of kapelanie gewijd aan Maria, Nicolaas Catharina, Barbara en Maria Magdalena in de parochiekerk te Haarlem, waaraan hij verschillende goederen schenkt: o.a. ⅓ van een acker infra parochia ville de Voorhout, belend noord: het Vronegers, oost: 's Gravendam, zuid: terram Johannis Philippi vulgariter met 'sgraven eigen, west: de landen van Dirc van Delft, onder verplichting van een uitkering aan H Geestmeesters; na zijn dood komt het patronaatrecht aan de kerkmeesters, die gehouden zullen zijn de vicarie aan iemand uit het geslacht van Symon Woester te verlenen, en zijn vrouw Hasekine; 1395-06-18: bevestiging door de bisschop van Utrecht

Swieten, van | 1446-05-31

Arch Kerken Leiden regest no 180, 185
Achternamenindex

Symon Vreric van Zwieten verzekert voor schepenen van Veehoec de rente van 9 £ genoemd in de stichtingsbrief van de St Catharina capelrie, op 5 ½ gemet land in het land van Voorne over den Briel; 1446-11-17: Symon Vreric van Swieten verklaart voor schepenen van Leiden dat Wouter Geerlofsz huis is bevrijd van de rente van 9£ in de stichtingsbrief van St Catharinakapel genoemd, en dat hij hiertoe verbonden heeft land in Veehoec en bij Lopsen

Bleyswijck, van | 1564-1565

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VI dossier 587
Achternamenindex

Jan van Bleyswyk bezat sinds 1531 de capelrie te Delft, waartoe behoorde 3 à 4 ½ morgen te Maasland; nadat de pachtster in 1563 overleden was, sprak mr Jan van Bleyswyk haar erfgenamen aan; 1565-06-25: stelden baljuw en mannen van Delft hem in het gelijk; de erfgenamen gingen hiervan in beroep bij het Hof. Vóórdat dit proces begon, overleed Jan en werd als vicaris opgevolgd door Pouwels Cornelisz, pastoor van de Nieuwe Kerk te Delft

Torenburch, van | 1575-04-08

Bibl Seminarie Warmond bergnr 0003, 0002
Achternamenindex

Jan Jacobsz, van Oude Nydorp, en Ysbrant Pietersz, van Coedijc, beide wonende te Alkmaar, oudste en naaste bloedverwanten van wijlen Christina van Thorenburch, fundatrice van een capelrie op het H Geest alias Smitsaltaar in de parochiekerk van Alkmaar, Claes Jansz, poorter van Alkmaar, draagt als patroon al zijn collatierechten over aan zijn neef mr Jacob van Thorenburch; 1565-04-19: wordt Jacob van Thorenburch genoemd als rector en possessor van deze vicarie, ook al op 1552-04-13 (0001)

Steenvoorde, van | 1355-10-09

A.R.A. Leenregister 32 Copie fol 116, 117v/EL 25 fol 75v, 76
Achternamenindex

s Gravenhage hofkapel: mr Gherardi [de Steenvoorde] bone memorie 63 jugera terrae cum sextario arabilis sua in parochia de Ryswyc; de hertog neemt de capellanen op voetspoor van zijn voorgangers in zijn bescherming en keurt de schenkingen goed. Hertog Willem bepaalt dat de 2 capellanen die dienst hebben om de missen en vespers in de capelrie te doen "die sullen eene maeltyt des morgens alle dagen in onse Hof eten, also lange als wij of onse geselline aldaer jegenwoordich syn, durende tot onsen wederseggen"

Hand, van der | 1354-06-07

A.R.A. Leenkamer 32 Copiefol 76/Reg EL 25 fol 48
Achternamenindex

hertog Willem oorkondt dat heer Hughe van der Hand, heer Hughe Woutersz, en heer Pieters, capellanen van Leijden, "onse lange tijt gevolget hebben en swaer like gecorent van groten gebreke dat si hebben ende van gewelt dat hun geschiet is ende gedaen hebben Dirc ende Ghisebrecht Jan Smeets kinderen van Rijswijck en haren evenknieën, alse van lande gelegen tot Ryswyk" etc. In zijn uitspraak wijst de hertog het land aan de capelrie toe, Dirc en Ghisebrecht behouden de geinde inkomsten, en zij en de kerk van Rijswijk moeten van de ban bevrijd worden

G. de Eemskerke, W. de Wateringen

Egmond, van | 1366-12-09 (13)

Van Mieris III p 204
Achternamenindex

Jan van Egmond draagt op tbv Coenen Willems Cusersz in het ambacht van Beverwijk: "sine hofstede ter Wyck daer sijn huijs op stont mit 14 vierdelen saedlants en 14 coeweyde om de hofstede", zoals Jan van Egmond en zijn ouders in leen gehouden hebben, belend zuid: de heer van der Lecke, zijn moeder de vrouwe van Polanen, Willaem van Liere met goed dat tot de capelrie behoort, en Willaem Soudyn [Saykyn]; noord: de heer van der Lecke, de vrouwe van Polanen, Willem van der Liere, Niclaes Arntsz, Dirc Arntsz, Willem Arntsz, Mathijs Didderixs, Jan Dircsz en Pieter Wittekijn; westen: Cukerswech, oosten: het water in den Broec