36 resultaten

Rossem, van | 1333-05-04

Van Mieris II p 545
Achternamenindex

graaf Willem beslist de twist betreffende de renten van het land gelegen te Vlairdinghe in het ambacht van heer Jan van Vlaardingen, die eerder van jvr Willem van Teylingen waren. Voorts had de vrouwe van Haghesteyne zes kinderen, die het land van jvr Willem van Teylingen erfden, waarvan ⅙ deel kwam op de vrouw van Goewijn van Rossem, en waarvan Dirc van den Wale 4/6 deel kocht: één van Janne uytten Goye, één van Ghizebrecht uten Goye, één van Stasekyn van Brakel en één van heer Jacobsdochter van Lichtenberg; deze 4/6 delen verkocht Dirc van den Wale aan Willem van Engheland, dus deze Willem heeft er recht op

Wittelo | 1540-1543

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl V dossier 437
Achternamenindex

Geertruid Witteloo, weduwe van Steven Engelsz van Linneck [Linnick], wonende te Amsterdam, contra Arent Velwijk, koopman te Antwerpen: Steven verklaarde in 1539 aan Aaernt 196 £ Vls schuldig te zijn; hij overleed op 1540-06-21; zijn weduwe werd door het gerecht van Amsterdam tot verdere betaling veroordeeld; zij en haar man hadden in 1529 notarieel laten vastleggen, dat indien hij eerder overleed dan zij, zij dan zijn erfgenamen 4000 gld zou betalen; zij kon de schulden dus voorlopig niet afdoen. Het Hof veroordeelde haar tot betaling van de helft; 1540-08-04: verklaren hun zoon Engel Steffensz en Hubrecht Scheeffhart, schoonzoon van wijlen Steven Engelsz dat Geertruid Wittelo hun 4000 gld betaald heeft; Engel Steffensz stelt zich borg voor de schulden van zijn vader

Engeland, van | 1333-05-04

Van Mieris II p 545
Achternamenindex

graaf Willem oorkondt dat Willem van Brawode, die men hiet van Engheland, onrecht gedaan is door heer Jan van der Wateringhen betreffende de renten van het land gelegen te Vlairdinghe in het ambacht van heer Jan van Vlaardingen, die eerder van jvr Willem van Teylingen waren. Willem van Brawode zal 5 £ Holl hebben, die hij kocht van den goedshuyse van der Lee. Voorts had de vrouwe van Haghesteyne zes kinderen, die het land van jvr Willem van Teylingen erfden, waarvan ⅙ deel kwam op de vrouw van Goeswijn van Rossem, en waarvan Dirc van den Wale 4/6 deel kocht: één van Janne uytten Goye, één van Ghizebrecht uten Goye, één van Stasekyn van Brakel en één van heer Jacobsdochter van Lichtenberg; deze 4/6 delen verkocht Dirc van den Wale aan Willem van Engheland, dus deze Willem heeft er recht op

Hagestein, van | 1333-05-04

Van Mieris II p 545
Achternamenindex

graaf Willem oorkondt dat Willem van Brawode, die men hiet van Engheland, hem onrecht gedaan is door heer Jan van der Wateringhen betreffende de renten van het land gelegen te Vlairdinghe in het ambacht van heer Jan van Vlaardingen, die eerder van jvr Willem van Teylingen waren. Willem van Brawode zal 5 £ Holl hebben, die hij kocht van den goedshuyse van der Lee. Voorts had de vrouwe van Haghesteyne zes kinderen, die het land van jvr Willem van Teylingen erfden, waarvan 1/6 deel kwam op de vrouw van Goewijn van Rossem, en waarvan Dirc van den Wale 4/6 deel kocht: één van Janne uytten Goye, één van Ghizebrecht uten Goye, één van Stasekyn van Brakel en één van heer Jacobsdochter van Lichtenberg; deze 4/6 delen verkocht Dirc van den Wale aan Willem van Engheland, dus deze Willem heeft er recht op

Merwede, van der | 1453-10-18

Ned Leeuw jg 1939 p 67 ev/Hollandse Leenkamer 116 Caput Altena fol 4v
Achternamenindex

Odilia van de Merwede wordt beleend met de heerlijkheid van Eethen, Meeuwen en Babilonienbroek en alle gerechten, de lage heerlijkheid van Drongelen, 100 £ per jaar uit de burcht van Meeuwen, een hoeve moer, de hoge en lage heerlijkheid van 's Gravenmoer en Vijftienhoevenmoers, eerder van Luden Henricksz [zgn Hendrik Ludenambacht], de ambachtsheerlijkheid van de Zuydwinde met de gronden van acht hoeven moers achter dit ambacht, erfleen zoals Jan van der Zuytwinde die vroeger had, de ambachtsheerlijkheid en moeren in Zuidholland boven de Zuydwinde (met belendingen), de ambachtsheerlijkheid van Monsterkerk aan beide zijden van de Dussen, het recht vierendeel van de helft in de Grote Waard en nog 15 hoeven en 5 hoeven moers met de ambachtsheerlijkheid in Den Ham te 's Gravenmoer, 5 hoeven en wildernis bij het ambacht van Waspik alle hoven houdende 16 morgen; hulder is Arnt van Wyck van Honsoirde; haar zuster Johanna erfde Burgst

Leyden, van | 1326-03-28

Van Mieris II p 385, 520/Batavia Illustrata bl 1261
Achternamenindex

Willem van Leyden, knape, broer van Dieric borchgrave van Leyden, ridder, maakt lijftocht voor zijn vrouw ver Badeloghe: - 9 morgen in Valkenburcher ambacht, Woutersbroec; - 3 ½ morgen gekocht van Dieric van Zevenhuzen; - in het ambacht van Oestgheest 9 morgen; - 3½ morgen die hij kocht van Coelyns kinderen; 1 morgen die hij kocht van heer Jan van den Zille, gelegen in de ruwezudde; - 3 morgen gekocht van Petermans kinderen; - 1½ morgen van de abdisse van der Lee; - 5 hont, gelegen achter Jacob Polwelsz; - 5 morgen en 2 hont aan de Dyc, Willems land geheten; - in Poelgeest 4 ½ hond land die Willem kocht in Willem Jynomenland; - 4 ½ morgen die Jacob Muerkijn in huur heeft; - 4½ morgen die Dieric Petermansz in huur heeft; - 1 ½ morgen die Clais Donevoet in huur heeft; - 2 morgen gekocht van Petermanskinderen voor zijn leen te Poele; - de woning op het Zand, tussen t Scut en de Rijn; - in het ambacht van 's Gravenzande in Teylingerland 5 morgen aan de Swarte Dyc bij de Heule; - 6 ½ morgen in de laghe doertoge; 1331-07-26: als Willem eerder sterft dan zij, zullen haar brieven gehouden worden