Lienlaer, van | 1466-11-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 194

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Aleid, weduwe van Claes van Lijenlaer, Jan Heynric Salenz, Bertholomeus Jacobsz van Lijenlair en Geryt Bertholomeusz van Lijenlair dragen op de erfelijke rente uit de hoeve tot Lijenlaer, "ende Jan Saell dat steenhuijs mitter grafte alse dat daer nu begrepen is. Ende Bartholomeus Jacobsz der malen renth mit allen horen toebehoren hij hadde uuter hoeve tot Lijelaer. Ende Gerrit Bartholomeusz die nijwe heije alse die gelegen leijt, elcx na uytwisinge der leenbrieve"; vervolgens wordt Lambert van Lyenlaer Claesz met al deze goederen beleend, die voortijds van de hoeve tot Lyenlaer gescheiden zijn

mannen: Peter Dijer, Heinrick van Duven

Bitter | 1568-01-14

G.A. Haarlem Inv I no 1633 fol 21/Cartul Heilige Geest Haarlem

Achternamenindex

schout en schepenen in den banne van Haerlemmerliede oorkonden dat Louris Jansz Bitter, brouwer te Haarlem, erkende verkocht te hebben aan Heinrick van Wamel en Zybrant van Berckenrode, wonende tot Haerlem, tesamen, 3 morgen 1 ½ (ander fiche: ½ hont)hont land in de ban van Haarlemmerliede, belend west: de Zomerwech, noord: Ludolf Gysbertsz en Jacob Willemsz, oost: Joosgen Gerrits, zuid: Claes Fransz, onder verband van al zijn goederen, roerende en onroerende, waarvoor Luydolff voors. en Cornelis van Beresteyn zich waarborgen stellen. Onderteekend en bezegeld 14 Jan. 1568 na gemeen schrijven

schout van Haarlemmerliede: Jan Jacopsz van Slooten, schepenen: Claes Claesz Poel en Cornelis Fransz Booiers

Bot | 1466-03-20

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 192

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Peter Willemsz en zijn zoon Heinrick dragen op ½ hoeve veen in Heeserveen in een ½ hoeve geheten Schalla[n]tshoeve, "7 ½ roeden breed van de ouder graften dwers gemeten, zuidwaerts op 850 roeden lang na der stat mate van Utrecht, gemeten bodem en voert tusschen den veen dat Jan Walraven van onsen godshuize te leen te houden plach"; vervolgens wordt Jutte, die vrouw van Gerrit Kreecx [Kriec] was, hiermee beleend tot een onversterfelijk erfleen, haar zoon Henrick doet hulde en eed

mannen: Gerrit Dijer, Evert Petersz van Heesse

Splinter | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Dirc Splinter van Achthoeven 1 viertel, belend boven: Jacob de Sterke, beneden: Matheeus van den Wale (fol 26v); - Henric Splintersz 1 viertel in Culenborgerbroec voor de Diefdijk, belend boven: de heer van Culemborg, beneden: Jan Splintersz, en nog een halve hoeve in het kerspel van Lanxmeer, belend boven: Willem Sprut met leen van Culemborg , beneden: Wenmer Wenmersz, sterft hij kinderloos te komen op Johan Splintersz (fol 55); - Henric Splintersz een viertel aan de Diefdijck, belend boven: de heer van Culenborch, beneden: Heinrick van der Cule Heinricksz, na zijn dood te komen op zijn neef Johan Hubertsz (fol 71v)

schilder | 1606-11-18

G.A.Amsterdam DTB 762a fol 118v, 134v, 142; 763 fol 32, 32v, 33v, 40, 42v, 57, 764 fol 36, 68, 39, 91, 109, 765 fol 6v

Achternamenindex

huwelijk Amsterdam: Bartolomeus Milwitz, van Dantzik, schilder x Geertruy Arnouts, beiden wonende te Franeker; 1609-02-14: Unico van Walkhuisen, schilder en Geertjen Korssendochter; 1610-10-23: Heinrick Gerritsz, schilder en Janneken Tonisdochter, beide wonende te Haerlem; 1618-04-13: Willem Henricsz, schilder en Annetje Bitters (763 fol 32); 1618-06-23: Ulrich Dirxsz, schilder, van Woerden, en Elisabeth Pieters, van Leeuwarden; 1618-09-30: Hans Coningsloo, schilder, tot Eemden en Sara de Vogelaer ook van Eemden; 1620-06-20: Lambert Jacobsz, schilder, Aechjen Thonisdochter; 1620-10-10: Willem Angelsz, schilder en Susanna Legiers; 1623-06-16: Johannes de Neef, schilder, en Aeltien Coenraets, tot Deventer

Muijl | 1484-01-01 - 1484-12-31

A.R.A. Graf Rekenkamer Rek Land van Arkel no 2219 fol 11v, 13v, 38, 50v

Achternamenindex

Scheijdwijck: van Jan Burchgraven land tot aan de Duitse hoeve, 2 ½ morgen vrij, kocht Govaert Muijl Henricsz, elke morgen voor 6 £, maakt 15 £; tienden op Schelluijnen: van Gherijt Scrijvers land tot aan de Oude Ghiessen, 2 morgen vrij, de tienden uit 2 ½ morgen, kocht Govert Muijl Jacobsz per morgen voor 5£, maakt, 5£ 2sc 6d; van de tienden te Asperen: de raaptienden en wintergerst, 1 morgen vrij en de tiende uit 1 ½ morgen kocht Heinrick Muyl, 5 £ 5sc; uitgaven: "die rentmeester heeft noch te coste gehadt ende verteert des middachs ende des avonts tot Asperen ten huijse van Heynrick Muijl, doe men die thienden aldaer vercofte, 7£"

Heukelom, van | 1449-07-09

A.R.A. Leenkamer 117B Reg Charolais fol 66v, 67/Van Mieris Vervolg p 66

Achternamenindex

Johan van Arkel heer van Heukelom beleent zijn neef Walraven bastaard van Brederode met de Koudenhovense waard of Korenweert, met de Kettersweert gelegen in het land van Hokelem tegen Vrieswijck, na afstand van zijn neef Dirck van Hokelem; sterft Walraven kinderloos dan zal neef Reynalt heer van Brederode en Vianen een opvolger aanwijzen

mannen: Adam van Hoekelem, Jan van Hoekelem, bastaard, Heinrick Aernt bastaardzoon van Hokelem, zijn neven

Leeuwen, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 76v, 78

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Heinrick Loef van der Werve Willems een stuk land in de maelscap van Rijswijck, strekkende van half de dweergrave tot aan de Broeckstege, belend boven: Otte van Wijck tot aan de Wyde kamp en Jan van Lewen tot aan de Broeckstege, beneden: Hadewich Jansdochter van Lewen; - Willem van den Werve Florisz een stuk land in de maelscap van Rijswijck in de Nederbroeck, strekkende van de Broecstege tot aan de Zoelen, belend boven: Otte van Wyck en zijn broer Willem van Wyck, beneden: heer Jan van Vyanen van Beverweerde en de kinderen van Herman van Leeuwen; - Geertrut Jansdochter van Lewen, vrouw van Ponsken Jansz, opgedragen door Alart uten Weerde, 7 hont in Ryswyker maelscap, strekkende van de polre tot aan de Wyfdyk, belend boven: Jorden Doijs, beneden: de hertog van Gelre

Loef | 1410~

Leenregister Culemborg fol 61, 63v, 76v, 84v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Evert Loef een viertel die Geryt Koevoet Woltersz hield, gelegen op Pariservelt, belend boven: de heer van Culenborg, beneden: de kinderen van Aernt van Scalckwijck, Evert ontving dit goed in 1423: - Geryt Doys van Lewen 1 hont en 10 roeden in Ryswiker maelscap, van de bandijk tot aan de boomgaard van Reyner Loefs, belend boven: Ryswicker stege, beneden: Reyner Loef; - Heinrick Loef van der Werve Willemsz een stuk land in Ryswiker maelschap, belend boven: Otte van Wyck tot aan de Wijdekamp en Jan van Lewen tot aan de Broecstege tot, beneden: Hadwich Jansdochter van Lewen; - Jorden van Derthesen ontvangen dat Willem Volquinsz opgedragen heeft: een stuk land in Rijswickerweert, van de Zijdwinde in de Leck, belend boven: de Brede stege, beneden: Henric Loef Loefsz. Hieraan heeft zijn vrouw Heilwich haar lijftocht;

Herlaer, van~ | 1638-06-18

R.A. Arnhem Arch Heerlijkheid Ammerzoden no 245

Achternamenindex

belending: Hendrick Jaspersz decker; 1639-10-08: Jasper Henricksz decker vestigt rente op het huis en erf waar hij in woont; 1639-03-17: belendingen Gysbert Henricksz decker, Heinrick Jaspersz decker en Jasper Heinricsz decker; 1640-03-20: Henrick Jaspersz decker en Corst Jansz verkopen een morgen land; 1642-01-24: Henrick Jaspersz decker testeert tbv zijn kinderen en kindskinderen Jasper Henricksz, Jan Henricksz en de kinderen van Gysbert Hendriksz en de kinderen van Lincten Henricksz; 1642-12-24: Griet Anthonissen geassisteerd met haar man Henderyck Jaspersz, maakt haar testament: ⅔ van haar gereed goed gaat aan haar dochter Lysken Jans, ⅓ aan Hendrik Michielsz, aan haar zoon Aert Jansz 1 gld 5 steens, omdat hij niet wil nakomen het accoord van 1637-04-16 voor schepenen van Hedel aangegaan

Ammerzoden