32 resultaten
Haestrecht, van | 1521-01-23
Inv Arch Nassau Domeinraad regest 2685/Inv Arch Belgique 1870 dl I p 207
Achternamenindex
schepenen en raad van 's Hertogenbosch oorkonden dat jvr Beerthoult dochter van Willem van Wyck, weduwe van Willem van Haestrecht heer van Druenen, met haar beide zoons Frans en Willem en jvr Margriet dochter van Jan van Haestrecht, weduwe van Robbrecht van Malsen heer van Tylborch en Goirle, met haar 6 kinderen, mr Baltazar van Vlyerden, advocaat en Jan van der Goten, procureur-postulant bij de Raad van Brabant, machtigen om voor de Raad en het Leenhof van Brabant aan Henrick graaf van Nassouwen, wanneer deze dat verlangt, de heerlijkheden Drunen, Tylborch en Goirle over te geven, zoals zij die pandsgewijs in bezit hebben van de hertog van Brabant, tegen betaling van de pandsom de heerlijkheden hiervoor te verbinden en zich hierin te laten condemneren, alles op voorwaarde dat de graaf van Nassouw voordat het transport heeft plaats gehad, de heerlijkheden noch de administratie daaraan mag overdragen aan Ysebrant van Colster of iemand anders uit hoofde van de goederen die diens moeder, broers en zusters in die heerlijkheden bezitten; 1521-06-30: keizer Karel oorkondt dat het Leenhof mr Balthazar van Vlierden ten verzoeke van Jan van der Ghoten, procureur van de graaf van Nassau, condemneert in de uitvoering van genoemde procuratie
Wilde, de~ | 1373-01-02
Inv Arch Abdij Egmond no 1 fol 79, no 2 fol 5v
Achternamenindex
Jan, abt van Egmond, oorkondt dat Gheryt Willem Aerntsz.z. met zijn consent verkocht heeft al het goed dat hij van hem in leen hield, gelegen binnen de parochie van Egmond, behalve een stuk land geheten Stevenscamp, dat hij nog in leen houdt, hiervoor heeft hij opgedragen: 1) 7 morgen in Maesland gemeen met Jan van Hodenpijl en jvr Margriete Claes Florisdochter, van de dijk tot aan de Middelwech; 2) 3½ morgen in Maesland, belend west: Willem van den Veen en Arnt van Delft, oost: Cralingerweteringe, strekkende van de wegtot aan de scede; 3) 4 morgen gemeen met Ghisbrecht Philipsz, tot aan de Borgerdycsenwec, belend west: Kerstant van Alkemade en Gysbrecht Philipsz, oost: Ghisbrecht voorn.; 4) 3½ morgen gemeen met Bartelmeus Claesz en Heynric Dircx, strekkende van de Lierwegh tot aan de Bordgesenwech; 5) 4 morgen in het ambacht van Rijswijk, belend zuid: de Canoniken van den Haghe, noord: het klooster van Rijnsburg, strekkende van de Delfweghe tot aan de Zytwinde; 6) in de Vryen Ban, 7 morgen gemeen met Ghise Bedronghen en met zijn broer Mathys, van de kerf tot aan de Dobben, belend zuid: de kinderen van Henric van Borssel, noord: Ghise Bedronghen en zijn broer Mathys; vervolgens wordt Gheryt Willem Arntsz door de abt ermee beleend, niet te versterven zolang er nog iemand van de maagschap leeft