Wade, van der | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: Gerefaes van Hollant: - een acker op de slage te Mauderick, 8 hont, belend boven: de heer van Kulenborg, beneden: Gerefaes zelf, - wat Gerit uten Weerde Gerritsz opgedragen heeft: de helft van 10 morgen gelegen in de Husmate samen met Geryt die Brune, belend boven: Hubert Zassen erfgenamen, beneden: Gerefaes van der Wade, van de meente tot aan de Nyslach (fol 85v); - Mergriet Wouter Heinricszs zuster, vrouw van Lybken Vaecx, 2 acker land op de Weydervelt in het kerspel van Buesinchem, belend boven: Emont van der Wade, beneden: Wouter Henricsz erfgenamen (1422-02-20) (fol 84v)

Wade, van der | 1410~

Leenregister Culemborg

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Johan van Kulenborg een husmate van acht hont, belend boven: Gerefaes Diercksz van der Wade, beneden: de heer van Culemborg, van de Tochgrave tot aan de meijnte (fol 65); - Geryt uten Weerde het goed dat Geryt van Culenborg opdroeg, 10 morgen in de Husmate, belend boven: Jan van . ydewyck, beneden: Gerefaes van der Wade, van de meente tot de middelgrave (fol 79v); Margriet Wouter Henricksz zuster: - 1 hoeve op Lanxmeer, belend boven: Gosen die Keympe met leen van Culemborg, beneden: Mouris Zurmont en Willem Zurmont, - 2 acker op Weijdervelt in het kerspel van Buesinchem, belend boven: Emont van der Wade, beneden: Wouter Henricsz erfgenamen, van de Mere tot aan de Mijddelkope (1422-02-20) (fol 84v)

Banjoen | 1334

Rek Rentmeester Noordholland p 171, 173, 175, 177, 179, 183, 203, 214

Achternamenindex

renten van Noordholland: - de visserij van de Vroen tussen Leiden en Haarlem en in de Gheerlike heeft gehuurd: Daniel Coppenz en Jan van de Rijn voor 42 £ Holl.(p 171) - in Nuwencoep van de erfhuur beooster kerke: Daniel Hillenz 4sc 3d. (p 173); - van landhuur in het Hagheambacht: op het Veen van elke morgen 3 sc 3 pullos: - Daniel Banjoen 2½ sc, - Daniel Banjoen 3 sc.(p 175, 177); - op de Geest: Daenkijn Hinkijnsz 4d.(p 179); - in de meente te Eijkendunen: - Daniels erfgenamen uten Waerde 4sc; - Daniel Banjoen 6sc 2d. (p 183); - van landhuur in Berkel (p 203): - Daniel Claisz 4sc 8d; de renten uten Broeke in Mordrecht: - 3 ½ morgen ½ hond kocht Daniel Coppaertsz, doet 100 £ 6sc 8d Holl. Daniel en Copkyn Clementsz beloven de borgen schadeloos te houden (p 214)

borgen: Pieter Allen Boy, Jacob die Wedewael, Willem Ghibenz, Pieter die Springher, Copkyn Clementsz

Boot | 1334

Rek Hen Huis I p 166, 173, 193

Achternamenindex

renten van Noordholland: corentienden in Rijnland die verkocht waren anno 1333: - de grote tiende in Waddynsveen, behalve 20 octel rogge en 20 octel gerst die die paep daaruit heeft, kocht Walich Dirxz voor 58 £; - in Nuwencoop van de erfhuur beoosterkerke: - Kerstijn Walichsz 2sc; - van landhuur in het Haghenambacht, up die Gheest: Clais Immenz 18sc, Imme Dankaerdsdochter 14d (p 78, 181); in de meente te Eykenduynen: - Willem, Gheret, Truide en Immekijn, kinderen van Willem Catreep 6 sc 7d praeter ord (p 183); van het porters land binnen Delft: - Imme Hughes Rodendochter 18sc; - Rissent Aelwijnsdochter 22sc 2 ½ d por 22d (p 188); van landhuur in Pinackerambacht, in Catwijk: - Willem Immenz 4sc 16 oct; - Gheret Walichsz 23d 12 oct (p 193); van landhuur in Bodegraven: - Aelbrecht Emmenz 6 gaarden 36 sc, solutum bij Claes Godeldez 18sc

borgen: Didde Willekynsz, Dirc Isebrandsz, Jacob Boot, Gheryt Walichsz neef, Jacob Muidwinxz Muidwinc], Willem Dirxz, Wouter Immenz

Bruin | 1334

Rek Hen Huis I p 165-183

Achternamenindex

corentienden in Rynland, verkocht 1333: de tiende in Soeterwoude kocht Bruin Godevaerdsz voor 24 £; de nedertiende in Aerlanderveen die van de vrouwe van Vorne was, kocht Lambrecht Jacobsz voor 40 £; lammertienden en smaltienden van Rijnland: in Arlanderveen: Spronc Avensz voor 12 £; in Nuwencoep van de erfhuur beooster kerke: Jacob Bruine, Allard Willemsz 3 sc 1 ½ d, Allard die roeper 2 sc; in Pinackerambacht, in Catwijc en Pinacker: Allaerd Zibrantsz; in Vlieland: Bruin 21 d; landhuur in Hagheambacht, op het Veen: Dirc Bruinsz, Katherine, zijn dochter, Jan Bruinsz erfgenamen, Willem Dirc Bruinsz; Matte Vrederixdochter 12d; op de Gheest: Matte Jacob Bruinsweduwe, 4sc; haar zoon Matte Engels 32 d (p 179); Matte meesters Jans matsen 6d; Jan Bruinsz; Jacob Jan Bruinsz, Cahterine zijn dochter; Dirc Dirc Bruinsz, zijn dochter Katerine; Arnt die Bruine, Willem; Dirc Bruinsz; de meente te Eykendunen: Allaerd Bruune; Matte Jacob Bruinsweduwe 3sc 1d, Allard Willem Meinsens

borgen voor Bruin: Symon Godevaertsz en Martijn Vrankensz; borgen voor Lambrecht: Claes die Goede, Jan Beterwillenz, Philips Reimborgez, Allard Truidenz, Heyn Grietenz; borgen voor Spronck: Claes die Goede, en Bruyn Avensz

Coudyser | 1316-1317

Rek Hen Huis I p 14, 24, 50, 79, 87, 109

Achternamenindex

ontvangsten van het scoutambacht in den Haghe: Matte Coudijsers goede, die bedolven wart, 4 £ 10 sc (p 14); Hughe Clarenz, van vechten 2 £ ; van zeedrijf van 2 ankers die uit de zee genomen werden, 17 sc; van Ghoede Dirc van 1 schip dat er zee aankwam, 46 sc; van de buren van de wildernisse in Nuencoep, 17£ 16sc 3d; in Nortich van der vrouwen campe van Theylinghe: Florens Mattenz 9 sc 6d (p 24); van Matte Coudysers goed uitgegeven: - Jan Egbrechtsz broeder 12d, - Jan Grietenz 3sc, - Jan Crumen bloke en van sinen grave 3sc 6d; - 2 ossen die te Langhevelt gekocht waren 4 £; - 2 coyen die van Matte Coudysers waren 4 £ 10 sc (p 50); uitgegeven van landhuur te Nortich in de vrouwencampe van Teylingen: Floris Mattenz 2sc 6d (p 79); de meente te Eykendunen: Matte Jacobs vrouw 3 sc 4½ d (p 87); van renten in Pinacker, in Cortendorp: Matte de beghine 18 d (p 109)

Bruijn, de | 1410~

Leenregister Culemborg fol 27, 35, 78v, 17v, 75v, 79v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Peter Hughe Phijlipsz.z een tiende tot Achthoeven in het gerecht Leiden, belend: Danels Brunenland Ansemsz; - Geryt Doijs Gerytsz 1 ½ morgen tot Mauderick, belend boven Hinrick Doys, beneden Arnt die Brune; - Reymbrant Claes van Zweten Petersz.z. een tiende te Achthoeven in het ambacht Leiderdorp, belend: het land van Danyels des Brunen Ansemsz tot de Bovensloot; - heer Sweder van Bloemensteyn 1 hoeve in het land van Haghensteyn, daar Jan Puusche op woont, belend boven: heer Sweder, beneden Jan die Brune; 1423: - Fije van der Woerde Jansdochter van Myddelwijck een camp in der Merschen, geheten die Hogemate, strekkende zuidwaarts op die Ledegrave, belend boven: Geryt die Brune (vervangen door Lambert die Brune), beneden: Evert Freyse (vervangen door Dirc van Dolre Dircsz); - Geryt uten Weerde Gerytsz ontvangen het goed dat Geryt van Culenborg opgedragen heeft, 10 morgen in de Husmalen, van de meente tot aan Nyeslach, belend boven: Jan van Oijduyel (?), beneden Gerefaes v.d. Wade. Dit erf hebben Gerefaes van Hollant en Geryt die Brune als hierna beschreven staat. Geryt van Culemborg behoudt 1 Vrancr schilt uit dit leen. Vervolgens komt de belening van Willem Vlaminck met dit leen, waarbij staat "dit en was niet toe gegaan"