Weldige | 1261-02

Codex Dipl Neerl 2e Serie dl 4 afd 2 p 78/Inv Arch Prov Utrecht I no 240

Achternamenindex

Nicholaus dictus Weldege, miles, verklaart dat zijn erfgenamen geen recht zullen hebben op de tienden van Bralant, in de parochie Eyteren, die hij voor zijn leven van het Domkapittel te Utrecht in leen houdt

bezegeld door Hugo dictus Bottre

Bakker, de | 1325-06-23

Cartul Marienweerd no 257

Achternamenindex

Mechteld weduwe van Jacob de Samencoep verkoopt aan Everardus Phitonisse een cijns van 45 sol per jaar te Bomel. Belend: tussen platea communis en Nicholaus Bakker (pistor), in qua area Bertoldus sutor (=schoenmaker), moratur, te Zaltbommel

Cuyk, van | 1320-11-18

Cartul Marienweerd no 208

Achternamenindex

Heilwigis, weduwe van Otto de Ripa en haar zoons Johannes, Nicholaus, Rodolphus en Jacobus verkopen voor 100 £ 6 ½ jugera in Malsen in loco op Donner aan Marienweerd, tussen Otto de Kuyc, Johannes Meynart en de communis via

borgen: Ghiselbertus Hac filius Rodolphi Hacken, Baudewinus filius veren Belen; schepenen in Santbomel: Conrardus Rode en Johannes Holle

Gapinge, van~ | 1251-05-06

v.d. Bergh I no 542

Achternamenindex

Floris van Holland verkondigt de uitspraak van scheidslieden tussen de abdis van Rijnsburg en Symon Wilhelmusz van Vlissinghe, Thomas Willenz de Hostcapple, Hugo zoon van Hellicus de Gapinghe en Nicholaus Jansz over de grenzen van zeker nieuw land

Oostcapelle, van | 1251-05-06

v.d. Bergh I no 542

Achternamenindex

Floris van Holland verkondigt de uitspraak van scheidslieden tussen de abdis van Rijnsburg en Symon Wilhelmusz van Vlissinghe, Thomas Willenz de Hostcapple, Hugo zoon van Hellicus de Gapinghe en Nicholaus Jansz over de grenzen van zeker nieuw land

Vlissingen, van~ | 1251-05-06

v.d. Bergh I no 542

Achternamenindex

Floris van Holland verkondigt de uitspraak van scheidslieden tussen de abdis van Rijnsburg en Symon Wilhelmusz van Vlissinghe, Thomas Willenz de Hostcapple, Hugo zoon van Hellicus de Gapinghe en Nicholaus Jansz over de grenzen van zeker nieuw land

Egmond, van | 1217-09-21

v.d. Bergh II Nalezing no 12

Achternamenindex

Nicholaus Persin de Harlem vrijwaart de abdij Marienweerd in de tienden te Heimond [Naaldwijk] en stelt als onderpand alle tienden in Hovetwere en Smalengeest apud Velsen, die hij in leen houdt van de graaf van Bergen (leen van Holland ?)

borgen: Isbrandus de Harlem, avunculus meus, Walterus de Harlem, Wilhelmus de Egmont, Bartholomeus de Harlem

Pelser | 1343-12-14~

Cartul Marienweerd no 530

Achternamenindex

voor schepenen in Santbomel verkopen Nicholaus, pellifex, en zijn vrouw Volquigis voor 20 £ huis en erf in de stad Santbomel in de Vermosensteghe aan Marienweerd, en krijgt het weer in erfpacht voor 20 sol per jaar, belend: Marienweerd en vicum communem

schepenen van Zaltbommel: Johannes de hoesden en Everardus Theoderici

deze akte heeft geen dagtekening, Everardus Theodrici wordt vermeld als schepen op 1341-06-03 en 1343-12-14

Voorne, van | 1227-02-24~

Cartul Marienweerd no 44/De Fremery no 61

Achternamenindex

gravin Aleidis schrijft aan haar vrienden nobilibus viris: Theoderico domino de Vorne, Florentio de Wordt, Hugoni de Naaldwic e.a., betreffende de tienden in Heimond die Nicholaus Persin in leen houdt en met haar toestemming voor 100 £ aan Marienweerd verpand heeft

Haerlem, van | 1227~

v.d. Bergh II Nalezing no 12, 13

Achternamenindex

Nicholaus Persin de Harlem vrijwaart de abdij Marienweerd in de tienden te Heimond [Naaldwijk] en stelt als onderpand alle tienden in Hovetwere en Smalengeest apud Velsen, die hij in leen houdt van de graaf van Bergen (leen van Holland ?); voor 100 £ heeft hij de tiende in Heymont verpand; 122..: Aleid, gravin weduwe, keurt de verpanding door heer Nicolaes Persijn van de tiende die deze van haar in leen houdt, goed; 1227-09-21: Nicholaus Persin de Harlem belooft de abdij Marienweerd vrijwaring voor de tienden van Heimond, onderpand zijn tienden in Hovetwere en Smalegeest bij Velsen

borgen: Isbrandus de Harlem (zijn oom van moeders zijde) avunculus meus, Walterus de Harlem, Wilhelmus de Egmont, Bartholomeus de Harlem; getuigen: Wilhelmus de Teylinge, Jacobus, castellanus de Leithen, Gerardus de Teylingh, Gelekinus en Symon de Riswic

erbij geschreven: 21 september